sevaart-Brouwersvaart vormen deze 19de-eeuwse huizen een ty
pisch stadsgezicht, op het behoud waarvan vele Haarlemmers
prijs stellen", aldus „Haerlem" in een schrijven aan de Rijks
dienst voor de Monumentenzorg, waarin men met klem verzocht
geen sloopvergunning af te geven voor deze twee percelen en het
naast nr. 6 gelegen erkervormige gebouw. Desondanks verleende
de minister nog in hetzelfde jaar 1969 een sloopvergunning voor
deze panden, met als gevolg dat de Haarlemmers nu al weer enke
le jaren tegen een gat aankijken en met als nevengevolg dat het
huis Leidsevaart 2 er nu wel wat vreemd en kaal bij staat427).
210 Oude St. Elisabeth's Gasthuis, 1970
In een schrijven van „Haerlem" aan B en W dd. 30-1-1970 werd
een aantal wensen geuit met betrekking tot het behoud van het
stadsbeeld en gebouwen van kunst- en cultuurhistorische waarde
in Haarlem. Hierin werd o.m. gepleit voor het Huis met de Beel
den, voor de Bank van Lening en voor de gebouwen van het St.
Elisabeth's Gasthuis die bijna ontruimd waren. Wat dit laatste
betreft suggereerde „Haerlem" de Gasthuishuisjes hun individua
liteit weer terug te geven en ze weer voor bewoning te bestemmen,
iets dat de Stichting Diogenes in de komende jaren zou gaan
uitvoeren. Voorts pleitte „Haerlem" ervoor het hoofdgebouw aan
de Gasthuissingel niet af te breken daar het hier een typisch voor
beeld gold van laat-19de-eeuwse bouwkunst. Tenslotte achtte zij
het behoud van de oude regentenkamers van groot belang428).
Later in het jaar werd er in een gesprek ten stadhuize nog eens
met nadruk op gewezen dat men het hoofdgebouw niet diende af
te breken, dat men tegen de bouw van een parkeergarage in het
complex was en dat het gebouw zich zeker leende voor onderbren
ging van het nieuwe historisch museum429).
211 Damiaatjes, 1971
Naar aanleiding van een actie van in hun avondrust gestoorden,
die het gemeentebestuur verzochten een einde te maken aan het
dagelijks luiden der Damiaatjes, begon de koster van de Grote- of
Sint Bavokerk, de heer D. Vennik, een tegenactie. Deze tegenactie
werd door „Haerlem" gesteund en had uiteindelijk succes430).
280