Lange Veerstraat die eveneens vlam vatten en weldra was de brand te groot om ook nog maar aan blussen te kunnen denken. De brand duurde tot drie uur in de namiddag. Toen eindelijk de balans kon worden opgemaakt, bleek dat bijna 500 woningen waren verbrand. Vanuit het beginpunt van de brand in zuidwestelijke richting was een brede strook van de stad in de as gelegd. Getuigen hebben de straatnamen overgeleverd waar de meeste huizen waren ver brand de Berckenrodesteeg, de Lange en Korte Veerstraten, de helft van de Kleine Houtstraat, een deel van de Turfsteeg, de hele Anegang op één huis na, de hoek van de Warmoesstraat, de Schagchelstraat, een deel van de Oude Gracht, de Frankesteeg, het Klein Heiligland, de Peuzelaarsteeg, een groot deel van de Houtstraat, de Paardesteeg, de Gierstraat, de Breesteeg, de Magdalenasteeg, de Sint Annastraat, de Lange Gasthuisstraat, de Barrevoetestraat met het daarbij gelegen Brouwershofje, de Korte Gasthuisstraat, de Gangolfskerk aan de Botermarkt, een deel van de Koningstraat en het Brouwerssteegje langs het Elisabeth's Gasthuis dat zelf aan de Grote Houtstraat lag en eveneens verwoest werd. Op de kaart van Thomas Thomaszoon uit 1578 is duidelijk te zien, welk stadsdeel in de as gelegd werd. Maar enkele huizen in dit gebied bleven staan, zoals merkwaardigerwijze enkele huizen direct naast het wachthuis, die „als door Gods hand" werden gespaard. In de stad moet een onvoorstelbare wanorde hebben geheerst. Hoewel het blussen van de brand voorop stond, waren ook velen bezig met het redden van het huisraad, meestal zonder te weten waarheen zij dat nu moesten brengen. Het vinden van vervoers middelen in de smalle straten moet een moeilijke zaak geweest zijn. Wanhopige situaties deden zich voor. De zieken in het Elisa beth's Gasthuis moesten op de schouders worden weggedragen, anderen werden op matten naar veiliger oorden vervoerd. Over persoonlijke slachtoffers horen wij niets, ieder wist zich op tijd uit de voeten te maken. De door de brand uit hun huizen verdreven burgers konden slechts met moeite worden ondergebracht bij de rest van de burgerij en in de kloosters, zodat de druk van de inkwartiering nog 321

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1977 | | pagina 323