bezaten om een lapje grond voor bollenkweekerij te koopen,
waarin toen een goudmijn stak. Toen was het niet zeldzaam te
hooren, wanneer die of die overleed, dat hij voor een waarde van
100, 150, 200.000 guldens naliet alleen aan bollen. Toen was
geen dienstbare zoo arm, of hij had zijn bol of tenminsten een
aandeel daarin; want wanneer iemand niet zoo vermogend was,
dat hij of zij alleen een bol konden betalen, deden 3, 4, 6, a 10 het
in compagnonschap. Het gebeurde ook dikwijls, dat iemand
aandeel had in verschillende bollen. Vooral dienstmeisjes waren
verzot op bollen; soms hadden zij er met haar tienen één, soms
hadden zij aandeel in verschillende bollen tegelijk. Gloria mundi,
flos florum, suprema, caelestina, le roi de France, Gustavus
Adolphus, le monarque d'Espagne, comte de Bonac etc. waren
klinkende namen, die er niet weinig toe bijdroegen om de waarde
der bloemen te verhoogen. Nu is deze liefhebberij zeer vermin
derd, maar er is toch nog zoveel daarvan overgebleven, dat een
buitenlander het alleen kan aanzien voor een dwaasheid. In mijne
oogen waren deze bloemvelden maar heel matig schoon, maar de
menschen hier in't land houden ze voor iets verrukkelijks."
„Den 30sten (april) reisde ik met de heeren Lefebure en
Altströmer naar Haarlem om daar de beroemde bleekerijen te
bezien. Ons plan mislukte in zooverre, dat wij alleen de linnens te
zien kregen, maar niet onderricht werden over de manier, waarop
zij het linnen witter krijgen dan op eenige andere plaats ter
wereld. Het heele bleekveld, dat wij zagen, was door slooten
verdeeld in langwerpige strooken, die in 't midden het hoogst
waren en geleidelijk afliepen naar de slooten, die meestal vol
water waren. Daaruit werd met een lange en diepe schop water op
de linnens geworpen, om de 2, 3, of 4 uur, al naar het jaargetijde
en het weer maken, dat het korter of langer duurt, voordat de
linnens weer droog worden. Ondanks dat herhaalde besproeien
krimpen de linnens soms en worden dan in warm loogwater gezet
in afzonderlijk daarvoor bestemde vertrekken, die een vreemde
ling slechts met de grootste moeite te zien kan krijgen en dat nooit
zonder een soort bedriegerij. Het kan wel wezen dat de reden,
waarom het linnen hier zoo wit wordt, alleen bestaat in het water,
325