Vóór de winter van 1944-45 werd er in Haarlem echter nauwe lijks honger geleden. De noodsituatie die toen ontstond, werd verergerd door de bouw van Duitse versterkingen in het kustge bied. Hierdoor moest Haarlem ook nog talrijke evacué's opnemen. Ook in Haarlem is de Joodse gemeenschap zwaar getroffen. Nog geen derde van de ruim 1100 Haarlemse Joden overleefde de oorlog. 13. Slopen en vernieuwen Stadsvernieuwing is een van de belangrijkste taken die de Gemeente zich heeft gesteld. In het Collegeprogramma van 1974 krijgt dit zeer grote nadruk. Met name de oude volkswijken (zoals het Rozenprieel en de Leid- sebuurt) vragen om een oplossing. De woningen daar zijn vaak bouwvallig en verouderd. Het toegenomen verkeer en overlast van hinderlijke bedrijven belemmeren het ongestoord en prettig wonen. Rond 1970 voltrok zich een opmerkelijke verandering in de opvattingen over stadsvernieuwing. De eis tot inspraak van wijk bewoners speelde hierbij een grote rol. Voordien waren de plannen gericht op slopen (o.a. voor grote verkeerswegen) gevolgd door nieuwbouw. De laatste jaren staat het behoud van de 19de-eeuwse wijken en de binnenstad centraal. Terwijl de periode 1900-1945 uitvoerig gedokumenteerd en geïl lustreerd werd, kozen wij voor het tijdvak 1945-1976 een impres sionistische benadering. Op de bovenverdieping van de Vleeshal was een enorme plattegrond van Haarlem uitgelegd, waar verschillende kleine onderwerpen ingepast waren: toename van de welvaart, nieuwbouw in Schalkwijk, sport, markten, verkeer, toneel en groter aangepaktde stadsvernieuwing. Ook was er een diaprogramma te zien over de ingrijpende veranderingen in het stadsbeeld. Aan het einde van de tentoonstelling stond een grote leestafel, waar men kon lezen of kijken in tientallen boeken over deze periode van de Haarlemse stadsgeschiedenis. 405

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1977 | | pagina 407