aan de Lange Bogaardstraat, met zijn zicht op de Nieuwe Kerks-
toren, de Kerkstraat met zijn aardige rythmisch gegroepeerde
bouwhoogten, de Lange- en Korte Begijnestraat, de Kalversteeg
met het schilderachtige Goudsmidspleintje, de levendige Barre-
voetestraat, de romantische Omvalspoort en niet te vergeten het
bijzonder sfeervolle stuk van de Spaarnwouderstraat, waar de
Burgwal fraai op inhaakt.
Ook moet nog genoemd worden de levendige Kleine Houtstraat
met zijn schilderachtige krommingen bij de Gedempte Oude
Gracht, de Heiliglanden, de afwisselende Witte Herenstraat.
Typerend voor zo'n oude stad is de enorme hoeveelheid aardig-
gedetailleerde mededelingen op een betrekkelijk klein oppervlak.
Wat is er een verscheidenheid aan ruimtelijke schakeringen,
plekken, sfeerverschillen, gevelonderdelen, onverwachte verras
singen en dat alles op de menselijke maat en op de menselijke
bezigheden afgestemd. Allerlei activiteiten, weliswaar vaak nogal
rommelig, leest men aan, in en om de woningen af, die vaak indi
vidualiteit genoeg hebben om die .bewerkingen aan te kunnen.
Hoewel, diverse bewerkingen zijn zo schadelijk, dat verkrottings-
verschijnselen dreigen. In een oude stad moet men zich behelpen,
maar het is er, wat men noemt, gezellig. Maar ook vaak somber en
afstotend, namelijk daar waar verval en verkrotting toonaange
vend geworden zijn. Veroudering zet zich nu eenmaal door. En
daar moet men op één of andere manier op reageren.
Het is een grote verdienste van het bestuur van stad en provincie,
dat het niet zoals in vele andere steden het centrum heeft overge
geven aan de aandrang van moderne ontwikkelingen, die door
gaans gepaard gaan met het laten ontstaan van gaten in de stad en
de komst van verpletterende grote gebouwen en verkeersvoorzie-
ningen. Als we zien hoe verscheidene mooie steden en dorpen
daardoor bedorven zijn, dan mag men dankbaar zijn voor de
behoedzaamheid, waarmee de Haarlemse overheid het stads-
schoon heeft willen sparen, zij het dan, dat hier en daar toch
verliezen geleden werden.
Invoegingen
Bij de reeds genoemde onplezierige verkeersvoorzieningen be-
56