te veronderstellen dat deze toestand zo zou blijven. Directies van grote concerns hebben nu eenmaal visies waarin voor de behoudende monumentenzorger weinig plaats is. De in de Barteljorisstraat aangelegde sierbestrating was mede aanleiding tot de wens, de ingang van het winkelhuis te ver plaatsen naar de uitmonding van deze straat. De daar lopende wandelaars konden dan in het vervolg gewoon rechtuit de Hema binnengaan. Mensen gedragen zich blijkbaar graag als vissen die argeloos een fuik binnenzwemmen. Het door architect Ir. K.F.G. Spruit ontworpen verbouwingsplan is inmiddels tot uitvoering gekomen. De vier panden worden beneden tot één grote winkelruimte samengevoegd. Ook wat er nog aan open erven over was, zal daarin worden opgenomen. Een in de tuin staande oude moerbeiboom kon bij deze ontwik keling geen zijde spinnen en legde het loodje. De ingreep moet vooral worden betreurd voor wat betreft het pand Smedestraat 5. Dit bevatte namelijk een uit historisch oogpunt zeer belangrijk achterhuis met bijbehorende kelder. Bij dit alles wordt een gebaar gemaakt dat als een schraal lichtpuntje kan gelden. Het lelijke brede gat, onderin de gevel van het voormalige herenhuis, komt namelijk te vervallen. Het vensterritme op de verdiepingen wordt naar beneden toe door gezet. Hiermede herkrijgt de gevel grotendeels de oorspronke lijke indeling. Een ander positief punt is het feit dat de vier panden hun contouren behouden. Van buiten gezien blijven de verdiepingen en de kappen intact, hoewel de winkelbedrijvig heid zich geheel op de beganegrond afspeelt en men eigenlijk niet meer nodig had dan een grote platte doos. Het lijkt wel of de monumentenzorger zich moet leren voeden met enkele hem toegeworpen schillen. Hij mag tegenwoordig al blij zijn, bereikt te hebben dat hier en daar wat buitenkanten blijven voortbe staan. Kort voordat de verbouwing zou beginnen, werd het schuin aan de overkant staande winkelhuis Kruisstraat 30-32 ontruimd. Dat was een meevaller voor de directie van de Hema. Zij kreeg nu de beschikking over een royaal tijdelijk onderkomen. Na een tijdje zagen we de zaak er in bedrijf en kregen de indruk dat de Hema zeer wel in dit gebouw paste. Als vanzelf komt dan de gedachte boven dat dit best een blijvende huisvesting had kunnen zijn. Onze vier monumenten hadden dan niet tot een holle bast uitgelepeld behoeven te worden. Zo n denkbeeld getuigt na tuurlijk van bekrompenheid. In het zakenleven moet met allerlei gevoeligheden rekening worden gehouden. Een winkel in een straatwand valt minder goed op dan een winkel waar je recht op toeloopt. Er zijn winkelhuizen waar de doem op rust dat zij nooit 191

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1978 | | pagina 193