Lyk is in het Choor bygezet; de Lykstatie was zeer deftig, en
bestont in 65 Paar, duyzenden van Aanschouwers waren op de
been, om die ongemeene Lykstatie te zien."
Alsof men een staatsman ten grave droeg, zo werd Cajanus
naar zijn laatste rustplaats begeleid. Zo „berucht" was hij ge
weest dat de „Opregte Haerlemsche Courant", zeer schaars
met Haarlems nieuws, hem tweemaal in haar kolommen op
nam. Het zijn ook deze berichten, die de meeste kroniekschrij
vers hebben geraadpleegd.
Zijn graf is waarschijnlijk sober gebleven want er is niets bekend
over een inscriptie of ander beeldhouwwerk. Uit het begraaf-
boek blijkt dat zijn graf vier stenen in beslag nam, namelijk
nummer 61 en drie ongenummerde, omschreven als „een le-
gerste in de grootekerk op het Laagekoor". De kosten waren
ruim het dubbele van een gewoon graf, namelijk 53 gulden44).
Later kwam zijn graf in het bezit van de familie Hodshon.
Direct na de dood van Cajanus was notaris Baart begonnen met
de inventarisatie van zijn bezittingen in huisje 25 van het Pro
veniershuis. Aan de hand van deze inventaris kunnen we ons
een beeld vormen van het interieur waarin Cajanus het laatste
jaar van zijn leven vertoefde.
Het huisje had een boven en beneden met portaal, snuiver
(kleine keuken), kelder en tuin. Het meubilair in de benedenka
mer bestond uit een kapspiegel met vergulde lijst, een tafel met
vier laden, een veldtafel, een hoekkastje, een vierkant met
groen bekleed tafeltje, een hangkast, een met leer beklede
leuningstoel, een gladde leuningstoel, een matten taboeret, een
eikenhouten rustbank met paardeharen matras en een bedstee
met peluw, kussens, een gevoerde katoenen en twee witte
wollen dekens alsmede een wit duffels beddekleed. Voor de
bedstee hingen groene met geel gezoomde gordijnen en een
dito valletje en beddekwast.
Voor de ramen hingen witte linnen en groene gazen glasgordij
nen aan een koperen roedje. Op de vloer lagen matten.
Op de tafel stonden twee in slechte staat verkerende vogelkooi
tjes, een bijbel van de Augsburgse Confessie in folio, twee
afzonderlijke testamenten in octavo, Jan Arends „Ware Chris
tendom" in kwarto, zes verschillende boeken in octavo en een
catechismus.
In een kastje onder de trap bevonden zich een koperen tafel
schelletje, een koperen theeketel, een koperen en tinnen ta
baksdoos, een blikken inktkoker, een koperen kwispedoor, een
notehouten koffiemolentje, een Engels theeblaadje, drie kelkjes