Door de aanleg van de spoorbaan werd de rustieke atmo
sfeer van de wandeldreven geweld aangedaan; de Bolwer
ken werden geïsoleerd van de stad en zouden in de loop der
tijd steeds meer bekneld raken tussen de spoorweg en de
stadssingel. Op dit punt zal later nog worden ingegaan.
Hoewel de bronnen het niet vermelden is het vermoeden
gerezen dat de aanleg van de spoorweg op de Bolwerken is
voortgekomen uit het idee dat dit een extra stimulans zou
kunnen zijn voor het vestigen van de gegoede burgerij in
deze omgeving. Ten slotte was een spoorlijn iets unieks.
Als het dan ook nog mogelijk was in de nabijheid te wonen,
met alle faciliteiten van reizen zo dichtbij, moet men dat als
zeer aantrekkelijk hebben ervaren.
De bebouwing van de Hoewel men in 1821 toen de Bolwerken werden herscha-
Boiwerken pen in wandeldreven - al de hoop had gekoesterd dat de
gegoede burgerij zich in dit gebied zou vestigen, ging deze
wens ruim veertig jaar later pas in vervulling.
De eerste gegadigde, de heer R. van der Voort, diende zich
in oktober 1863 aan met het verzoek een stuk grond aan de
voet van het Bolwerk, recht tegenover de Jansweg, te mo
gen kopen, om daarop 'eene sierlijke woning te bouwen'. In
geval van goedkeuring zou hij 'nog vóór de winter de werk
zaamheden voor den aanleg en bouw doen aanvangen, en
alzoo in de behoeften van de arbeidende klasse helpen
voorzien'(39). Toch stond men afwijzend tegenover dit ver
zoek, omdat door het afstaan van het gevraagde terrein 'de
thans aldaar bestaande hoofdtoegang tot de wandeling zou
worden weggenomen en daarmede het oorspronkelijke
plan van den aanleg ten eenenmale worden ontsierd en aan
de publieke dienst een onherstelbaar nadeel worden toege-
bragt'(40). Bovendien zou, wanneer het verzoek werd inge
willigd, een gedeelte van het plantsoen moeten worden
weggeruimd 'hetgeen vooral ook omdat daarin twee zeer
fraaije bomen zouden moeten begrepen worden, niet wen
selijk was'(41).
Men besliste daarom afwijzend. Dit verzoek was echter wel
de aanleiding om een onderzoek te laten instellen naar
plaatsen aan het Bolwerk die in aanmerking zouden kunnen
komen om met huizen te worden bebouwd. 'Dankzij de
welwillendheid van den Heer Zocher', slaagde de commis
sie van onderzoek er al snel in om op het Bolwerk twaalf
plaatsen aan te wijzen 'die gunstig gekozen zijn om tot
aanbouw van woningen beschikbaar te worden gemaakt
Zij is echter wel van mening dat er 'gepaste maatregelen
moeten worden beraamd en voorgedragen, om te verhoe-
49