die wij bezitten eene zo aangename aaneenschakeling kan geven'(56). Jung stapte echter af van zijn ontwerp voor twee woningen en diende geheel nieuwe plannen in voor één villa, die dan ook zonder slag of stoot werden goedgekeurd. Met de aanleg van het Ripperdapark nam de tendens naar luxe bebouwing al enigszins af. Volgens de 'Commissie tot het ontwerpen van plans tot uitbreiding en verfraaijing der gemeente' bestond de behoefte aan woningen 'die eene huur zouden doen van 400,-, hoogstens van 500,- a 600,- per jaar'. Woningen met een dergelijke huurwaarde achtte zij wel geschikt voor het te stichten Ripperdapark, maar veel minder voor het Kenaupark of op de Bolwerken, omdat de daar gebouwde of te bouwen woningen vanwege hun betere ligging een hogere huurwaarde vertegenwoor digden. Het ontworpen plan om het Ripperdapark met een tiental villa's te bebouwen werd dan ook van de hand gewe zen, omdat 'wanneer men zoodanige huizen wil bouwen voor een huur van 400,- a 500,- per jaar, die al te zeer onaanzienlijk zullen zijn'(57). Daarom ontstonden in het Rip perdapark, dat tussen 1871 en 1875 bebouwd werd, in plaats van losse villa's aaneengesloten bouwblokken, in de vorm van een halve cirkel, met twee of meer woningen onder één kap, waarvan P. Jung er een aantal ontwierp. Bij het ontwerpen en het indelen van het Ripperdapark werd de rol van Zocher, die in 1870 overleden was, overgenomen door commissies en de opzichter over de stedelijke werken en gebouwen, hetgeen de reden zou kunnen zijn dat dit ensemble minder elitair aandoet. De beslissing was nu niet langer meer afhankelijk van slechts enkele lieden. Dat de woningen op en in de omgeving van de Bolwerken een zeer luxe karakter hadden, blijkt uit een vergelijking van de huurwaarden, waarmee in die tijd gewerkt werd. De villa's op de Bolwerken en in het Kenaupark dienden een huurwaarde te vertegenwoordigen van 600,- a 800,- per jaar. De woningen in het Ripperdapark 400,- a 500,-, terwijl daarentegen de in 1876 gebouwde arbei derswoningen op het voormalige Glasblazersveld 104,- per jaar aan huur opbrachten. Nog schriller wordt de tegen stelling als men de grondprijs voor de te bebouwen gronden bekijkt. Op het Bolwerk en in het Kenaupark werden de gronden die voor bebouwing bestemd waren kosteloos ter beschikking gesteld, terwijl voor de tuingronden 1,- a 2,- per vierkante meter moest worden betaald. Op het Glasblazersveld bedroeg de prijs voor elke vierkante meter 1,-. Een opmerkelijk klein verschil in grondprijs, maar een niet geringe kloof in stand. 53

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1980 | | pagina 55