keergarage verrees aan het Stationsplein en 'voor een goede verdeling van het verkeer in het centrale gedeelte van de binnenstad werd een stelsel van wegen geprojek- teerd welke als raaklijnen aan de binnenstad zijn te be schouwen. Deze wegen, - de z.g. tangenten - zijn in grote trekken langs de singels en de Bolwerken gesitueerd, waar bij zoveel mogelijk gebruik is gemaakt van de bestaande tracés'(68). 'Het tangentenstelsel is aangesloten op de be langrijkste in- en uitvalswegen van de stad'(69). Doordat de weg aan de binnenrand van het Bolwerk tot 'tangent' werd aangewezen werd dit een drukke en brede verkeersader, waaraan hele stukken groen, aan de oost- en de westzijde van de Bolwerken, ten offer zijn gevallen. De Bolwerken zijn door al deze structuurwijzigingen danig geïsoleerd geraakt en kunnen bij wijze van spreken alleen nog met gevaar voor eigen leven bereikt worden. Boven dien maakt het constante verkeerslawaai het onmogelijk in alle rust van deze groenvoorziening te genieten. Een der laatste ontwikkelingen is dat er plannen in de maak zijn om ook aan de noordzijde van het station kantoorcomplexen te doen verrijzen, weliswaar laagbouw (tegen hoogbouw ont stonden direct al zulke protesten naar aanleiding van de veranderingen op het Stationsplein, dat men daar van af zag), maar die de situatie ter plekke, zeker wat de Bolwer ken betreft, niet zullen verbeteren(70). Nu het accent op economische belangen werd gelegd, werd de oorspronkelijke woonfunctie steeds meer verdron gen door andere vormen van ruimtegebruik en zijn de Bol werken een groene vlek in het stadsbeeld geworden, die als zodanig niet meer te beleven zijn. Toch zou er wellicht nog iets gered kunnen worden als er meer aandacht zou worden geschonken aan het belang van een dergelijk uniek stukje groen in de binnenstad. De Haarlemse Bolwerken zijn als zodanig, in tegenstelling tot veel andere steden, nog steeds aanwezig, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Ill Conclusie Mede als gevolg van de sterke bevolkingsgroei in Haarlem tijdens het begin van de 17de eeuw werd in 1660 besloten Samenvatting de stad naar het noorden toe te vergroten. Ter verdediging werd dit nieuwe gedeelte omgeven door de aanleg van bolwerken naar ontwerp van Salomon de Bray. In het begin van de 19de eeuw hadden deze bolwerken, evenals de gehele ommuring van de stad, geen militaire betekenis meer en werd besloten de Bolwerken te verande ren in een parkaanleg. Het plan voor deze verandering is 60

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1980 | | pagina 62