De aanpak van dit hofje zal in belangrijke mate model staan voor de overige hofjes. Het hofje van Oirschot heeft eveneens een (gedeeltelij ke) herstelbeurt ondergaan; vier woningen van dit hofje ondergingen een renovatiebeurt en cascoherstel. Dit laatste gebeurde tevens bij het hofje van Heythuizen, waarvoor inmiddels een totaal herstelplan min of meer 3. is voorbereid en als schetsontwerp bij de Rijksdienst t- voor de Monumentenzorg te Zeist is ingediend, n Tot slot is het poortje van het hofje 'In den groenen i- Tuyn' aan de Lange Veerstraat, dat de laatste jaren in n een nogal verkommerde toestand was komen te verke- i- ren, volledig hersteld, i- p Restauraties In de loop van het jaar werd de eigenaar van dit monu- Bakenessergracht 63 ment verblijd met de uitkering van een subsidiebedrag >- voor herstelwerkzaamheden, die al in 1979 aan de ach- 'I tergevel waren uitgevoerd. Inmiddels is wederom een n nieuw herstelplan ingediend voor de zeer fraaie dak kapellen. Lopende op de Bakenessergracht zal men n echter vergeefs hiernaar uitkijken, daar zij deel uitma- ij ken van het achttiende-eeuwse achterhuis, gelegen in het midden van het bouwblok. Dit - ogenschijnlijk - onbelangrijke onderdeel van het pand vormde tot 1852 de pastorie van de R.K. kerk der Statie van St. Bernardus I in den Hoek, in de wandeling 'den Hoek' genaamd, die in dat jaar ten behoeve van sloop geveild werd en plaats I heeft moeten maken voor een aantal woningen. Rond 1870 wordt het pand bewoond door de dames De Geus. De oorsprong van de genoemde (schuil-) kerk ligt in de zeventiende eeuw toen hier op heimelijke wijze gekerkt moest worden en rond deze kerk een aantal 'geestelijke maagden' in afzonderlijke huisjes woonden. Via de zogenaamde 'krollen' (achtergangen die tussen de percelen van de Bakenessergracht en 't Krom waren aangelegd en waarvan nog enkele resten over zijn ge bleven) waren zij in staat ongezien deze bijeenkomsten te bezoeken. De stichter van deze Statie in het begin van de zeven tiende eeuw is Cornelis Arnoldi, die afkomstig was uit Amsterdam en in 1613 overleed in Haarlem. Van het interieur van de kerk is bekend dat er drie altaren zijn geweest. Boven elk altaar hing een groot schilderij met als onderwerp de geboorte, het lijden en de hemelvaart van Christus. 101

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1982 | | pagina 103