NECROLOGIEËN Wouter Cornelis Bakker 19 juni 1891 - 4 augustus 1982 Enkele dagen na zijn overlijden waren velen aanwezig in de Goede Herderkerk bij de Dienst van Woord en Gebed en bij zijn begrafenis op de Noorderbegraaf plaats. Een grote verscheidenheid van mensen, rondom zijn vrouw, kinderen en kleinkinderen. Een stijlvolle plechtigheid, sober, zoals hij 't zich gewenst had. Af scheid van een markante persoonlijkheid, die zo vele jaren een centrale, invloedrijke rol gespeeld had in 't Haarlemse leven. Toen hij 1 september 1965 aftrad als wethouder van financiën van de gemeente Haarlem uit medische voor zorg op advies van zijn huisarts, kreeg hij eindelijk meer tijd voor zijn hobbies: reizen, fotograferen, lezen, mu ziek en schilderen (vooral bloemen). Destijds had hij schilderles gekregen van Poppe Damave. 't Leek wel of zijn brede interesseveld zich nog verruimde. Hij bleef zeer belangstellend in allerlei zaken van politiek, on derwijs en theologie, scherpzinnig speurend naar hoofdlijnen. Voor het wel en wee van de Volkskerst zang, waarvan hij één van de initiatiefnemers was, had hij tot 't laatst toe warme belangstelling. Opmerkelijk goed van geheugen, vertelde hij soms over zijn leven, gezeefd door 't zachte licht van de herinnering. Hij werd op 19 juni 1891 geboren in Scherpenzeel-G. In Arnhem bracht hij 't grootste deel van zijn jeugd door, bezocht er de ulo, kreeg vioolles op de muziekschool. Later speelde hij vele jaren in 't Symfonie-Orkest Haar lem. In 1905 verhuisde het gezin naar Bennebroek. Daar heeft hij het niet gemakkelijk gehad. Als 15-jarige kreeg hij mede de zorg voor zijn moeder en zijn jongere zusje en broertje, 't Werk in de bollen trok hem niet, maar zijn verantwoordelijkheidsgevoel won het. De sociale strijd in die jaren beleefde hij van heel dichtbij en met open ogen. Hij werd getroffen door de ellendige sociale toe standen met zeer lange werktijden, lage weeklonen en krotwoningen. Vooral ds. Talma, voorman in de christe lijk sociale aktie, had grote invloed op hem. Zo dreef hij naar de partij van 'de kleine luyden'. De man, die hij eens in Haarlem zou zijn, begon zich af te tekenen. Om zijn handelsopleiding te voltooien, werd hij uitgezonden naar Engeland en Duitsland. Toen brak de eerste we reldoorlog uit. Hij moest in militaire dienst. Na de mobi lisatie werd hij schrijver in tijdelijke dienst bij de Prov. Griffie in Noord-Holland tegen een wedde van 12,- per week ƒ3,- duurtetoeslag. Zijn studie op financieel gebied werd ijverig voortgezet. Na zijn vaste aanstelling 180

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1982 | | pagina 182