Dr. W.L. Ladenius
20 September 1893-
7 december 1982
Op 7 december 1982 overleed dr. W.L. Ladenius op
89-jarige leeftijd na een vrij langdurig ziekbed. Hij werd
op 20 september 1893 in Vianen geboren en was het
jongste kind en enige zoon van de familie Ladenius. Het
gezin verhuisde naar Almelo, waar zijn vadertot kanton
rechter werd benoemd, toen Ladenius nog zeer jeugdig
was. Zijn jeugd is uitgesproken gelukkig geweest en hij
heeft veel liefde van zijn ouders en vier zusters mogen
ontvangen.
Na het gymnasium doorlopen te hebben ging Ladenius
in Amsterdam medicijnen studeren. Hij voltooide zijn
studie in Berlijn en Wenen. Na zijn promotie vestigde hij
zich in 1928 in Haarlem als maag-darm specialist. Ook
deed hij veel poliklinisch werk in het Elisabeth Gast
huis, Joannes de Deo en het Diaconessenhuis. Ondanks
zijn drukke praktijk en het vele werk dat hij in de zieken
huizen verrichtte, zag hij toch kans zijn geliefde tennis
sport te beoefenen. Ook de voetbalsport had steeds zijn
volle belangstelling. Tot op hoge leeftijd interesseerde
de medische wetenschap hem bijzonder. Met name zijn
speurwerk naar het ontstaan van verschillende vormen
van kanker mag niet onvermeld blijven.
Al in zijn jonge jaren begon zich zijn belangstelling voor
kunst te ontwikkelen en bij boeren in Twente wist hij
soms interessante oude tinnen voorwerpen te bemach
tigen, die in die tijd zo goedkoop waren dat hij ze uitzijn
eigen zakgeld kon bekostigen. Deze liefde voor kunst is
hem zijn leven lang bijgebleven en heeft ertoe geleid dat
hij met zijn vriend Boersma een belangrijke schilderij
enverzameling kon opbouwen. Na het overlijden van
Boersma in januari 1975 schonk dr. Ladenius een zeer
belangrijk deel van de verzameling in beider naam aan
het Frans Halsmuseum. De plechtige overdracht van de
kunstschatten vond op 22 oktober 1977 in het museum
plaats. Dat de schenking op hoge prijs wordt gesteld
blijkt uit een door Burgemeester en Wethouders van
Haarlem gezonden brief aan de nabestaanden, waarin
de erkentelijkheid voor de belangwekkende schenking
tot uitdrukking komt. Ook de heer D.H. Couvée, direc
teurvan het Frans Halsmuseum, gaf blijk van zijn waar
dering. Verder werd een groot deel van de verzameling
aan het museum Het Nijenhuiste Heino geschonken, de
directeur dr. D. Hannema toonde zich bijzonder ver
heugd met de schenking.
Na 1975 begon de gezondheid van dr. Ladenius achter
uit te gaan en zijn gezichtsvermogen, dat toch al niet
186
■Cf- T">: