eind 1940. In die periode werden circa 900 woningen per jaar gebouwd. Dit betekende voor Openbare Wer ken dat elk jaar ongeveer 20 ha terrein bouwrijp ge maakt moest worden. Voorts moesten de nodige scho len worden bijgebouwd, zoals de Beatrixschool in het tuindorp Overveen, de Floraschool en de Christiaan Huygensschool. Diverse openbare gebouwen dienden te worden aange past aan de eisen die de sterk gegroeide stad stelde. In 1935 kwam de nieuwe brandweerkazerne aan de Ge dempte Oude Gracht gereed. In 1936 kon het Gemeen te-archief worden ondergebracht in de oude Janskerk, waardoor deze oude kerk en de fraaie kosterswoning behouden bleven. Begin 1940 kwam de uitbreiding van het Stadhuis met de vleugel langs de Koningstraat en de Jacobijnestraat gereed, volgens een ontwerp van ir. A.J. v.d. Steur, gekozen uit vijf plannen van de uitgenodigde architecten. Dat ondanks de slechte financiële toestand van de ge meente in de crisisjaren toch veel werken konden wor den uitgevoerd, is mede te danken aan het door de regering ter bestrijding van de werkloosheid in het le ven geroepen Werkfonds 1934. Dank zij de medewer king van dit fonds kon de Raad in 1938 het belangrijke besluit nemen een bedrag van 5.000.000,-te voteren voor de aanleg van een bemalen rioolstelsel en de bouw van een zuiveringsinstallatie in de Waarderpolder. In 1939 werd begonnen met de uitvoering van het plan, dat de stad moest verlossen van de vaak ondraaglijke stank der grachten. Helaas moest in 1942 het werk op last van de Duitse bezetter worden stilgelegd. Na de oorlog werd het restant van het Werkfondskrediet geblokkeerd, aan gezien er geen werkloosheid meer was. Na vele jaren is het restant weliswaar gedéblokkeerd, maar de bouw kosten waren inmiddels zoveel gestegen, dat het be drag toen volslagen ontoereikend was om het werk te voltooien. Het heeft daardoor tot 1969 geduurd eer het werk gereed kwam. Een hartewens van ir. Maas was hiermede alsnog in vervulling gegaan. Gedurende de laatste twee jaren van de oorlog is ir. Maas, zoals zoveel vooraanstaande Nederlanders, als gijzelaar geïnterneerd geweest in het seminarie 'Beek vliet' in Sint-Michielsgestel. Na de bevrijding kon hij zijn werk gezond en wel hervatten. In eerste instantie moes ten de sporen van de Duitse bezetting worden uitgewist 191

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1982 | | pagina 193