Het jaar 1983 heeft voorde Monumentenzorg een eerste
aanzet tot de eerder aangekondigde - ingrijpende -
veranderingen te zien gegeven. Het gaat hier evenwel
nog niet om de decentralisatie van bevoegdheden naar
de gemeenten, maar om de opzet van het vergunnin
gen- en subsidiestelsel. Per 1 januari is de gemeente
daarvoor hét intermediair voor de burger geworden,
een situatie die in Haarlem overigens reeds lang bestaat.
Aan het laatste is het te danken dat de overgang naar
deze nieuwe situatie hier geruisloos is verlopen, dit in
tegenstelling tot elders; door beslissingen van het ge
meentebestuur is Monumentenzorg Haarlem in staat,
niet alleen de aanvragen om vergunningen ex artikel 14
en 15 van de Monumentenwet, maar ook alle daarop
betrekking hebbende subsidies van WVC (ministerie
van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, was voor
heen CRM), VROM (ministerie van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne) en de gemeen
te zelf te behandelen en na overeenstemming met de
ministeries uit te betalen. Deze situatie maakt dat de
restaurerende burger, wat het gemeentelijke aandeel in
de totale duur der procedure betreft, in de kortst moge
lijke tijd geholpen wordt.
Terwijl het extrawerk, dat het gevolg is van deze eerder
genoemde rijksmaatregelen (Tijdelijke Maatregel Res
tauratie Monumenten), geheel binnen de bestaande
mankracht opgevangen is, heeft de afdeling een ernstig
verlies geleden. Het dienstverband met mevr. drs. Loes
J.H. Vroom werd niet opnieuw verlengd, waardoor een
kundig en veelbelovend kunsthistorica - als een der
weinigen op haar gebied gespecialiseerd in het bouw
historische onderzoek-voor Haarlem en mogelijk zelfs
voor haar vak (vanwege werkloosheid) verloren is ge
gaan. Voor het niveau van het werk is dit verstrekkend.
Een ander verlies vormde ontkoppeling van de relatie
stadsarcheoloog - afdeling Monumentenzorg. Deze or
ganisatorische band is in het kader van de Monumen
tenwet ideaal en bij het dagelijkse werk erg nuttig ge
bleken. Een pluspunt vormde de vaste aanstelling van
de stadsarcheoloog drs. J.M. Poldermans, echter bij
een geheel andersoortige afdeling.
Restauratie in cijfers In tegenstelling tot de gang van zaken elders gaat het
met het restaureren in Haarlem nog altijd erg goed.
Afgaande op de nu bekende cijfers is de lijn van 1982
onverminderd doorgetrokken: aan restauraties is we-
Haarlems
Monumentenzorg in
1983
Foto's Monumenten
zorg Haarlem,
Jos Fielmich
100
IR. W.B.J. POLMAN