enige jaren artistiek en zakelijk leider van de mime-spe- ier Rob van Reijn. Zijn grootste bekendheid ontleende Peter aan zijn rol in de opvoering van de beeldbuisreligie in het satirische VARA-programma 'Zo is het toevallig ook nog eens 'n keer', dat een nationale rel ontketende onder aanvoe ring van De Telegraaf en tot vragen in de Kamer leidde. Geen wonder, dat zijn benoeming in wat conservatieve kringen van schouwburgbezoekers met het fronsen van de wenkbrauwen werd vernomen. Hij werd door velen in zijn eerste jaren als een bedenkelijke rode rakker bezien en toen hij begon radicale wijzigingen in het beleid aan te kondigen, waren er Haarlemmers, maar vooral Aer- denhouters, die zwoeren geen voet meer in de schouw burg te zetten. Peter Lohr wist de Toneelgroep Centrum tot huisgezel schap van de schouwburg te maken, dat zijn premières hier uitbracht; die eerste jaren gingen gepaard met een grote bloei van dit gezelschap, dat een opmerkelijke vernieuwing in het repertoire aanbracht. De Pinters, Gered van Bond en Kees de Jongen van Gerben Hellin- ga zullen velen zich nog herinneren. Ze brachten ook een ander en jeugdiger publiek naar het theater. Maar vele ouderen konden het meer realistische en eigentijd se toneel niet waarderen. Zij kwamen voor de gezellig heid naar de schouwburg en wilden niet met problemen geconfronteerd worden. Toen dan ook nog eens een naakte man op het toneel verscheen, kende hun erger nis geen grenzen. De ergernis daarover kwam in het openbaar, toen bur gemeester Cremers in de pauze van een voorstelling van De Smoeshaan van Plautus wegliep, omdat hij de voorstelling obsceen vond (er werd naar klassiek voor beeld de draak gestoken met mannen door vertoning van enorme fallussen). Dezelfde avond besloot Cremers de voorstelling te verbieden. Dat leidde tot een interpel latie in de raad, waarbij Joop Voogd in een motie de burgemeester verzocht dit besluit terug te nemen. Een opmerkelijke discussie volgde, waarbij de rechterzijde van de raad met inbegrip van de VVD zich aan de zijde van de burgemeester schaarde, ofschoon de meeste sprekers zeiden de voorstelling niet gezien te hebben. Alleen mevr. Scheltema-Conradi was naar Velsen ge gaan, om het stuk te zien; zij vond het mal en te gek om er zo zwaar aan te tillen. Maar de motie werd verworpen en door dit verbod werd het landelijk een kassucces voor Centrum. 187

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1983 | | pagina 189