De Stichting
onder voorzitter
ir. F. van Hattum,
1971-1981
Een kleine tentoonstelling in 1969 over de zojuist ge
reedgekomen restauratie van de toren trok weinig be
langstelling.
Op 19 oktober 1970 overleed plotseling op 66-jarige
leeftijd de belangrijkste figuur achter dit alles, presi
dent-kerkvoogd H.F. van Marselis Hartsinck. Treffend
was dat hij overleed in één der bijgebouwen van de
Grote of St.-Bavo kerk tijdens een door hem voorgeze
ten vergadering. Een man die iedere dag, alvorens naar
Amsterdam te gaan, even op het kerkelijk bureau langs
kwam om de dagelijkse gang van zaken te regelen. Een
man, die een week vóór zijn dood nog in het nieuws was,
omdat onder zijn toezicht mevrouw D.J. Enschedé 'het
kale deurtje op de galerij van de Grote Kerk' een beurt
gaf met de verfkwast.
Zowel van de Kerkvoogdij als van de Stichting Restau
ratiefonds was hij de drijfveer en het vacuüm dat na zijn
overlijden ontstond was dan ook groot.
Als president-kerkvoogd werd Van Marselis Hartsinck
opgevolgd door drs. M.P. van Overbeeke, belastingdes
kundige te Haarlem. Door achterstand in uit te betalen
subsidies en de door het rijk afgekondigde subsidiestop
besloot de Kerkvoogdij in december 1970 de architec
ten mee te delen de restauratiewerkzaamheden 'met
ingang van heden onvoorwaardelijk en volledig te
staken'.
Het bestuur van de Stichting besloot om de functies van
president-kerkvoogd en van voorzitter van de Stichting
niet meer in één persoon te verenigen. Ir. F. van Hattum,
voorzitter van de raad van commissarissen van het aan
nemingsbedrijf Van Hattum en Blankevoort B.V., werd
bereid gevonden om het voorzitterschap 'tijdelijk' op
zich te nemen.
Met het oog op de te verwachten lange duur van de
restauratiewerkzaamheden de vraag was of wel in
1973 begonnen zou kunnen worden - besloot het be
stuur om het werkcomité met een aantal jongeren, bij
voorkeur in Haarlem woonachtig, uit te breiden. Elf
nieuwe leden traden toe, waaronder twee bestuurs
leden: mr. dr. L. de Gou, burgemeester van Haarlem, die
als erevoorzitter zou gaan optreden, en A.G. van der
Steur, die de functie van tweede secretaris op zich nam.
Het bestuur bestond toen uit ir. F. van Hattum, voorzit
ter, ir. J.J. Fuykschot, vice-voorzitter, mr. H.E. Phaff en
A.G. van der Steur als eerste en tweede secretaris, M.
Thierry de Bye Dolleman en mr. J.W. de Jong Schou-
75