liteit, de nieuwe trapsgewijze gekozen stadsregering,
reeds op 26 februari 1795 dat een ieder de wapenborden
van de eigen families binnen veertien dagen, te zijnen
koste, moest laten weghalen.3' De overgeblevene werden
voor rekening van de stadsregering weggenomen en ge
durende zes weken bewaard ten behoeve van de rechtheb
benden. Na verloop van die tijd werd het grote aantal
overgebleven wapenborden in verschillende partijen op
de Grote Markt gelegd, waarna de kavels bij opbod wer
den verkocht.4'
Allan vermeldt:
Langs dien weg geraakte menig wapenbord in het bezit
van nu wijlen den Heer C. C. van Valkenburg in de Sme-
destraat, na wiens overlijden zij bij publieke verkoop zijn
aangekocht door eenige belangstellenden in Vaderland-
sche oudheid en kunst, die ze aan de Stedelijke Regeering
hebben geschonken en door deze zijn opgehangen in de
groote zaal van het Stadhuis.5)
Nog in de jaren twintig hingen al deze grote en kleine wa
penschilden, tezamen meer dan too in getal, in wat tegen
woordig de Gravenzaal van het stadhuis wordt genoemd.
Later raakten zij ook over de overige ruimten van het
stadhuis verspreid en een deel kwam in het Frans Hals
museum terecht. Van de oorsprong van deze wapenschil
den was de herinnering verdwenen. Men vertelde dat het
de wapenschilden van vroegere burgemeesters waren en
om 'een oude traditie' in stand te houden begon men
zelfs wapenbordjes van afgetreden burgemeesters op te
hangen. Na de consolidatie van de Gravenzaal in 1973 en
de daarop volgende restauratie van de kloostergangen in
1980 werd een commissie in het leven geroepen om zich te
bezinnen op de (her-)inrichting van deze representatieve
ruimten. Daar kwam de gedachte op om in de refter de
oude wapenschilden op te hangen, maar dan wel in de
juiste heraldieke samenhang van wapenborden en bijbe
horende kwartierbordjes.
De rol die mijn betovergrootvader mr. C.C. van Valken
burg volgens Allan bij het behoud van de fraaie collectie
wapenborden zou hebben gespeeld, bracht mij tot nader
onderzoek.
In de eerste plaats diende het verhaal van Allen, dat deze
rouwborden uit Valkenburg-bezit aan de stad waren ge
komen, te worden geverifieerd. Verder leek het van be
lang na te gaan over welke hoofdwapens en kwartier
schildjes het ging om zo te proberen tot een reconstructie
van de wapenborden met een juiste rangschikking van de
kwartierschildjes te komen.