sten van deze commissies hebben gebruik gemaakt,
meent het bestuur dat het voor handen hebben van derge
lijke faciliteiten voordelen kan hebben voor de diverse
besturen.
Veel van wat er allemaal binnen de stichting is geënta
meerd, laat zich niet afmeten in grootscheepse daden.
Toch is er wel het een en ander bereikt. De actie 'Redt de
Haarlemse Hofjes', waaraan ten zeerste de namen van de
heer Laane en van de hofjes Codde en van Beresteyn zijn
verbonden, hebben de hofjes in het begin van de jaren
tachtig nog eens extra onder de aandacht gebracht van
zeer velen. De historische jaarmarkt in 1984, de hofjes
tentoonstelling in de Vishal, eveneens in 1984, het 'blau
we boekje' van monumentenzorg Haarlem over de hof
jes, het zijn allemaal gewaardeerde hofjeszaken.
Meer en meer, zo schreef ik hiervoor, wordt van gemeen
tewege en van rijkswege snel ingespeeld op hofjesrestau
raties. De procedures hebben wat vastere vormen aange
nomen, de betrokken personen zijn wat beter op het ge
heel ingespeeld en de zaak van de Haarlemse hofjes is be
kend. De stichting koestert de hoop te mogen zeggen, dat
zij aan die verbetering ook haar steentje heeft bijgedra
gen.
Bestuur: mr. R.J. Stuart, voorzitter
mr. M.H. Kamphuis, secretaris
T.A. Erb, penningmeester
drs. K. van der Veen
mr. J. Kollen.
184
