Frans van Reijsen
27 november 1905
november 1985
Kort voor zijn tachtigste verjaardag overleed op 21 no
vember Franciscus Johannes Josephus van Reijsen, een
van die Haarlemse middenstanders die niet aan hun win
kel en kassa gebakken zaten maar ook maatschappelijk
actief waren en zich terwille van hun standgenoten het
vuur uit de sloffen liepen.
Frans van Reijsen en zijn broer Theo waren bekende, ka
rakteristieke types in de binnenstad van Haarlem. Ze
voerden een zaak in comestibles en delicatessen in de
Grote Houtstraat, een deftige nering die door hun vader,
geboortig uit de Anegang, was opgezet. Typisch zo'n fa
miliewinkel: Frans en Theo dagelijks druk in de weer, de
zussen stuk voor stuk dienstvaardige winkeljufs, tot ze er
wegtrouwden en natuurlijk iedere keer terugkeerden als
het erg druk was.
Frans en Theo, gestoken in hun witte korte jasjes, waren
zéér bezige winkeliers, vergroeid met de binnenstad, ze
werkten in de stijl van onvervalste middenstanders,
dienstbaar maar als heertjes van stand. Daardoor kweek
ten zij 'n heel eigen sfeer in hun zaak, waarbinnen veel
klanten werden aangetrokken, tot uit de verre omgeving.
Kortom, zij dreven een winkel zoals de oudere Haarlem
se generatie er meer gekend heeft in de traditionele win
kelstraten die daardoor onmiskenbaar een apart cachet
hadden.
Frans vertelde graag over dat bijna anekdotische verle
den. Hoe hij en zijn broer vroeger - mand op de fiets,
carbidlamp als verlichting - trappend iedere zaterdag
avond in het zweet des aanschijns hun boodschappen be
zorgden, tot in Hillegom en Lisse toe, en dan pas in het
nachtelijk uur thuis op honk terug kwamen. Bijna drie
kwart eeuw hebben de Van Reijsens mede het gezicht be
paald van de Grote Houtstraat, totdat zij bij gebrek aan
'n opvolger (Frans destijds: Mijn kinderen hebben gestu
deerd, ze willen voor geen geld hun baan inruilen voor
een staanplaats in de winkel) hun geachte clientèle be
richtten, dat zij per 31 december 1978 hun winkeldeur
voorgoed zouden sluiten, na - aldus hun advertentie - 72
jaren u, uw ouders, grootouders, kinderen en kleinkinde
ren van lekkernijen en exquise hapjes te hebben voor
zien. Hun advertentie besloten ze met de stelling van de
Griekse filosoof Herakleitos: Panta Rheialles gaat
door, niets is bestendig op deze wereld.
Ook Van Reijsen dus niet, maar intussen had Frans nog
wel méér gedaan dan een voortreffelijk winkelier te zijn.
Heel wat jaren van zijn leven heeft hij gestoken in het or-
ganisatiewerk, en vooral heeft hij naam gemaakt als
21
202