muur met nr. 19. Wel gemeenschappelijk is de water
put en de erfafscheiding, die dan ook tot gelycke costen
van beyde de huysen onderhouden moeten worden.
Voorts wordt vermeld dat het huis aan de noordzijde,
nr. 15, nu ter tyt alleenlicken met een houten beschot
affgescheyden is en dat Seeger van den Dorpe moet
maecken een deurgaende scheytmuyr aen de zijde van
desen huyse van 't beschot ende balck ten minste van
een halve steen dick, van beneden recht opgaende tot
boven in de nock. Dat wil zeggen dat de scheidings
muur tussen de huizen nr. 15 en nr. 17 slechts bestond
uit een houten wand, die nu door een stenen muur ver
vangen moet worden. Tijdens de restauratie werd een
gedeelte van deze muur uitgehakt, waarachter nog een
balk tevoorschijn kwam. Dit bleek geen strijkbalk te
zijn. Daaruit kan worden afgeleid dat het huis breder
is geweest dan nu het geval is. Met andere woorden,
ter plaatse van Gedempte Oude Gracht 15 en 17 stond
eind 16de eeuw een laag, breed pand, met de nok even
wijdig aan de gracht. Door een houten scheidingswand
te plaatsen waren er twee woningen in gemaakt.
Deze 16de-eeuwse situatie kon worden gerecon
strueerd aan de hand van de aangetroffen bouwsporen,
de omschrijvingen van de panden in de transportakten
Op de stadsplattegrond van
1578 geeft Thomas Thomasz.
de drie huisjes ten zuiden van
de Beek (nrs. 13-15-17) weer
met een nok evenwijdig aan de
gracht en het vierde huis (nr.
19) met de nok haaks daarop
(Gemeentearchief Haarlem)
127
11111IH
