kleine vijver overbleef, werd gevoed door een duinbeek die ten Noorden van wat nu de Algemene Begraaf plaats van Bloemendaal is, ontsprong. Haar met afge vallen bladeren thans half gevulde bedding is nog dui delijk waarneembaar achter de parkeerplaats bij 'Blee- kenberg'. Deze beek die in belangrijke mate water aan de duinen (het Jachtduin, nu behorende tot de Ken- nemer Duinen) onttrok, vloeide - later min of meer ge kanaliseerd - langs de duinvoet in noordelijke richting door 'Meer-en-Berg' om zich in de vijvers te ontlasten. Jan Malefijt en zijn huisvrouw hadden op 18 Juli 1709, het jaar waarin op n september bij Malplaquet de bloedigste slag uit de Spaanse successie-oorlog werd gestreden, ten overstaan van notaris Casparus van Noppen te Haarlem een mutueel testament gemaakt. De man is de eerste stervende. Als ook Josina is overleden, wordt 'Bleek-en-Berg' krachtens onderhandse scheiding tussen haar erven op 26 Januari 1769 toebedeeld aan haar zoon Gillis de Nijs Malefijt, die bij Santpoort ook eigenaar was van een gedeelte van het 'Molenduin' (naar de molen 'De Santhaes'). In 1780 leent De Nijs Malefijt 8.000,— van de Bleek-en-Berg, tegenwoordige toestand (foto: fotografisch ar chief gemeente Bloemendaal). 137

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1986 | | pagina 139