van de geschiedenis van Dirkje Gerritsdr. in de Bree- steeg (p. 281-293). Een dergelijke verdubbeling zou betekenen dat zelfs de spaarzame details die Palingh geeft, niet altijd correct zijn. Al met al levert 'tAfgerukt Mom-aansight aan feiten materiaal weinig op. In het verhaal van Jan van Goch geeft het alle details, maar in de andere gevallen, waar het niet tot een publieke veroordeling kwam, worden de betrokkenen beschermd door een halve anonimiteit. Aangezien Palingh de bedoeling had zijn tijdgenoten van zijn zienswijze te overtuigen mag aangenomen worden dat het beeld dat hij van toverij in Haarlem schetst aansloot bij wat zijn lezers uit hun eigen erva ring over dit soort zaken wisten. Een drietal algemene trekken valt aan Palinghs presen tatie op. Ten eerste verschillen volgens hem deze loze betichtingen van toverij slechts gradueel van de be schuldigingen die elders tot processen leidden. Tussen de regels door is duidelijk te merken dat naar zijn oor deel de ontdekking van het bedrog erger voorkomen heeft. Het boek is opgedragen aan de Haarlemse ma gistraat, die door Palingh geprezen wordt om haar sceptische houding jegens betichtingen van toverij. Ze stelde altijd een grondig onderzoek in naar de ware toedracht, zodat de werkelijke boosdoeners, de bedrie gers, gestraft werden in plaats van onschuldige oude vrouwen. Een tweede punt dat aandacht verdient is de grote rol die Palingh toekent aan kwakzalvers. Zij kenden de kunstgrepen waarmee het volk zand in de ogen gestrooid, en geld uit de zak geklopt kon worden. Tenslotte valt de sterke vertegenwoordiging van doops gezinden in de gerefereerde gevallen op. Er zijn aan wijzingen dat Abraham Palingh zelf doopsgezind was en nauwe banden had met doopsgezinde voorgan gers.10) In dat geval kon de auteur van 'tAfgerukt Mom-aansight beschikken over inlichtingen van men sen die nauw betrokken waren geweest bij gevallen van geveinsde toverij in doopsgezinde kring, die aan een voorganger niet verborgen konden blijven. Deze om standigheid vertekent het beeld dus enigszins. Wel kan geconcludeerd worden dat voor de vorming van een compleet beeld van de rol die toverij speelde, dit soort informatie nodig is. De gegevens die in de gerechtelij ke archieven te vinden zijn vormen slechts het topje van een ijsberg. 15

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1986 | | pagina 17