24-77TDe bouw van een kosterswoning, achter
de kerk, werd voor 7.185,— aan dezelfde aannemer
gegund. De bouwkosten kwamen geheel ten laste van
de Evangelische Broedergemeente te Zeist, die ook een
deel van de inrichting voor haar rekening nam.
Een indruk van kerk en interieur kort na het ontstaan
geeft de Haarlemse geschiedschrijver F. Allan:
De kerk staat aan de zuidzijde der Parklaan, niet ver
van de St. Jansstraat. Zij vormt met de pastorie en de
kosterswoning een geheel, dat door een kleinen koepel
toren, zonder slag- of uurwerk, wordt gekroond.
Hoogst eenvoudig ingericht en keurig net onderhou
den, biedt de kerk der Broedergemeente genoegzame
ruimte voor 350 a 400 zitplaatsen. De hoofdingang
bevindt zich aan de noordzijde en wordt door een ruim
en net getimmerd portaal tegen wind en tocht be
schermd. Boven dat portaal is eene gaanderij getim
merd, waarop het orgel is geplaatst, Het orgel is
van Duitschen oorsprong, (het is vervaardigd door
Weil, te Nieuwied a/R) heeft een klavier en aangehan
gen pedaal, is welluidend van toon doch niet geheel
geevenredigd naar de behoefte der gemeente en de
grootte der kerk. De zwartgelakte orgelkast, met goud
afgezet, strekt het gebouw inderdaad tot sierraad.
Tegenover het orgel staat op eene met tapijt bekleede
verhevenheid de predikstoel, waarvoor eene met groen
laken bekleede tafel met lessenaar en stoel zijn ge
plaatst, welke gebruikt worden bij de wekelijksche bij
eenkomsten en bij het houden de Zondagschool.
Het ruim der kerk, dat door negen groote boogramen
overvloedig wordt verlicht, is bezet met houten zit
plaatsen, die door een ruimen middengang in twee af
delingen zijn gescheiden, waarvan de eene bestemd is
voor vrouwen en de andere voor mannen. Bij buiten
gewone gelegenheden wordt de ruimte, welke niet met
banken is bezet, met stoelen aangevuld.
Ten behoeve van de avondgodsdienstoefeningen wordt
de kerk, behalve door de beide kandelabres van den
predikstoel en eenige tegen de zijmuren aangebrachte
armblakers, verlicht door twee eenvoudige schoone
bronzen gaskronen, elk van acht vlammen.
In de behoefte aan ventilatie wordt behoorlijk voorzien
door eenen in het plafond aangebrachte ventilator en
een in den zuidmuur geplaatst tuimelraam.
Tot zover de beschrijving van F. Allan. In de latere
literatuur over Haarlem wordt deze kerk aangeduid als