daarvan viel te beluisteren in haar proefschrift waarop
zij in 1951 cum laude bij prof. Rogier promoveerde
'Georgius Cassander en zijn oecumenisch streven'.
Cassander was een theoloog in de zestiende eeuw, die
een lijst samenstelde van overeenkomsten tussen de
katholieke en de protestantse leer. De keuze van het
onderwerp is tekenend voor de na-oorlogse juffrouw
Nolte en haar verdere levensgang.
In 1954 trokken de Zusters Franciscanessen zich uit
Sancta Maria terug. Na Hortense hadden Christiana,
Cherubine en de laatste maanden Madeleine als rec
trix gefungeerd. Het verwonderde niemand, dat dr.
Nolte met haar sterke persoonlijkheid, grote ervaring
en vooruitstrevende ideeën tot rectrix benoemd werd
en als taak kreeg de school nieuwe impulsen te geven.
Een zware opgave, want een school geleid door Zus
ters, had nu eenmaal een eigen karakter, een religieus
décor, en de nieuwe rectrix moest maar zien hoe zij uit
dat verleden een lekenschool formeerde, die de traditie
niet zou verloochenen maar toch bouwen moest op een
toekomst-nieuwe-stijl in een veranderend denk- en leef
patroon.
Dr. Nolte bestuurde haar school zelfverzekerd-haar
onzekerheden gaf zij slechts in vertrouwelijke gesprek
ken met vrienden prijs-en met vaste hand. Enerzijds
behield Sancta dat elitair aanzien - als er iets gebeurde
dat niet 'comme il faut' was, dan was haar reactie al
gauw: zoiets doen meisjes van Sancta niet -anderzijds
stuurde de rectrix het duidelijk aan op de vorming van
haar pupillen tot volwassen vrouwen, die hun emanci
patie niet schuwden. De jongeren (vaak oud-leerlin
gen) in het docentencorps wist zij nadrukkelijk te in
spireren, hoewel zij hun voldoende ruimte liet in hun
werk. Oud-leerlingen getuigden bij haar dood: Zij kon
luisteren en wist je iets te beargumenteren dan kwam
je met haar tot een vergelijk. Voor onze begrippen he
den ten dage was ze een geëmancipeerde vrouw, intel
ligent en geïnteresseerd in alles wat ook maar met
wetenschap te maken had.
Om deze en vele andere redenen was het jammer, dat
het rectoraat van dr. Nolte slechts vier jaar duurde.
Tengevolge van een betreurenswaardig beleidsconflict
met het bestuur van de school vertrok zij vroegtijdig
van Sancta. In september 1958 werd zij docente aan
het R.K. Lyceum Piusx te Amsterdam waar zij tot aan
haar pensionering in 1964 is gebleven.
Haar contacten met Sancta (oud-leerlingen!) werden
267