zien hangen, want al op 31 mei had men besloten dat
middelertijds de separatie sal gescieden van den Clas-
se, zodat, conform het gereformeerd kerkrecht de clas
sis het bestuur waar kon nemen representerende den
kerkeraet. En de op 12 juni dienstdoende predikant
wordt door de classis, die er best van op de hoogte
was dat Pauw al achter een predikant was aangegaan
sonder onse kennisse naar men stelt, aangewezen: Ja
cobus Campius van Haarlem. Voortaan treden de
Haarlemse predikanten bij toerbeurt op, totdat er een
ordinaris predikant kan worden beroepen; Martinus
Bruno uit Middelie (tegenwoordig deel van Edam)8)
wordt een jaar later door de classis aan Pauw voorge
steld, die hem accepteert, nadat de classis de gemeente
Heemstede na kerkdienst heeft ondervraagd, waarbij
een discussie wordt gevoerd (9 juli 1623)9). Eigenlijk
alleen op het gebied van de kerkbouw krijgt Pauw zijn
zin: in de andere zaken toont hij zich bereid tot accom
modatie.
De bouw van de kerk Op de zolderbalken van de kerk staan de lotgevallen
in oude letters genoteerd, maar de teksten zijn meer
malen overgeschilderd en soms onjuist10), doch als men
de oudste gegevens beziet, krijgen we een goed histo
risch beeld. De vernieling in 1573 is al vermeld, en
daarop volgt: In den jaare 1622 den 12 juni is de eerste
predicatie tusschen de oude muuren van de ver
vallen kercke gedaan. De derde balk zegt: In de jaare
1623 is den eersten steen van de tegenwoordige
kerck geleijt De datum heeft in de loop der jaren
nogal gevarieerd, zodat alleen oktober met zekerheid
vaststaat.
Adriaan Pauw laat in de loop der jaren brieven uitgaan
naar de steden van Holland, met een verzoek om sub
sidie, waarop dertien van de 23 steden van Holland
met bedragen van 1.000 tot 33 en 18 stuivers rea
geren. Pauw moet er veel op hebben toegelegd. Maar
in die brieven, wijdlopig volgens de gewoonte van de
tijd, wordt betoogd, dat men het geld hard nodig heeft,
maar ook dat het goed wordt besteed: het verloop van
de bouw kan men er vrij goed in volgen.
Volgens de derde balk in de kerk is in oktober 1623 de
eerste steen gelegd: de datum wordt in de loop der
jaren gewijzigd van 23 of 24 in 4 en dat kunnen we
niet meer rechtzetten, maar het is van weinig belang:
maand en jaar staan vast. De oudste overlevering van
de opschriften is van Dolleman in 1760, die op de vier-
53