weten pas tot uitvoering over te gaan, wanneer beide
partijen tot een acceptabele kostenverdeling zouden zijn
gekomen. In een brief van 25 september 1885 kwam de
maatschappij terug op de begroting van Telders. Volgens
de financiële deskundigen van de hijsm had Telders het
kostenaspect veel te rooskleurig voorgesteld. Een totaal
bedrag van 988.000 gulden was volgens de maatschappij
veel realistischer. De spoorwegen stelde een verdeelsleu
tel voor: 39 van de kosten voor rekening van de
gemeente Haarlem en 61 voor de hijsm. De Spoor
wegcommissie had bedenkingen bij deze verdeelsleutel.
In haar eindverslag van 22 september 1886 stelde zij de
gemeenteraad dan ook voor het Plan Telders goed te
keuren, maar de cijfers niet voetstoots over te nemen,
daar deze vatbaar zijn voor debat.
De gemeenteraad nam zich dit advies ter harte en liet
de hijsm weten dat men de door de maatschappij voorge
stelde verdeelsleutel niet kon honoreren. De hijsm rea
geerde tamelijk bruusk en stuurde Haarlem een bericht
dat men niet wenste verder te onderhandelen met de
gemeente, omdat zulks geen enkele zin meer had. Het
gemeentebestuur kon daar uiteraard geen genoegen mee
nemen, te meer daar de verkeerssituatie uit de hand
dreigde te lopen (zie afb. 11). Op 10 oktober 1888
besloot de raad toch te proberen het overleg met de
hijsm te heropenen en benoemde een nieuwe commis-
1904. (gah, top. atlas nr. 9128). sie, bestaande uit de heren Rethaan Macare, Van de
10. Spoorbrug over het Spaar-
ne, links molen 'het Fortuin', ca.
113