Loghem, dat de kamer van de directrice betreft. Deze bevindt zich links boven de hoofdingang, op de eerste verdieping. Uitkijkend op het zuiden is een enorm raam aangebracht, geleed door verticale kolommen die zich over de gehele hoogte van het vertrek uitstrekken. Om de hoek, op het westen, is een soort langwerpige erker uitgebouwd, die helemaal uit glas en ijzer bestaat. Van Loghem wraakt deze naar zijn mening cerebrale vormgeving I2). De verticaal gelede raampartij en de erker komen volgens hem niet voort uit louter praktische overwegingen, want om een oogje in het zeil te houden was het niet per se nodig geweest de ramen zo hoog te maken; de functie van de erker had, als het gaat om de toevoer van licht, evengoed kunnen worden vervuld door een gewoon venster. Het is juist de - romantis- chen - neiging van Greiner om de leidende positie van het schoolhoofd in de architectuur te willen symboli seren, die Van Loghem tegenstaat. En inderdaad, in de verte doet de raampartij denken aan een machtige zuilenorde, niet in de laatste plaats vanwege het materi aal, graniet, dat aan de buitenkant ruw is afgewerkt en 7. Raampartij en erker van de van 5innen js gepolijst. Mede hierdoor is de directrice- directricekamer, links boven de hoofdingang (Foto Wim de kamer een ruimte geworden, aie schroom zoo met vreeze Wagt 1990) 128

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1989 | | pagina 130