van het bezoek aan Haarlem en omstreken zal in een volgend Jaarboek Haerlem worden opgenomen. Interessant in het hieronder afgedrukte deel is de be schrijving van de badplaats Zandvoort in opkomst, het badhuis in aanbouw en de aantrekkingskracht op Am sterdammers die deze nieuwe ontwikkelingen komen bekijken. Het bezoek aan het Haarlemse stadhuis met de verstofte Costeriana geeft een aardig beeld hoe toeristen het stad huis bezochten, welke vertrekken voor hen toegankelijk waren en op welke wijze zij door rondleiders werden opgevangen. Op een warme zondag in juni 1827 maakte Anton Cramer een dagtochtje naar Zandvoort. Dit vissersdorp kwam toen net in de mode: er werd zelfs een badhuis gebouwd 2). Met de Pinkster had het, ondanks het slech te weer met harde wind en regen, veel nieuwsgierigen getrokken. Onze journalist vond het nu tijd om zelf te gaan kijken. 's Morgens om zes uur vertrok hij met de trekschuit, die over de afstand Amsterdam-Haarlem zo'n twee-en-een- half uur deed. Veel passagiers waren er niet; het meest opvallend was een groepje hannekemaaiers op de voor plecht, met een klarinetspeler in hun midden. Terwijl de schuit, begeleid door de muziek, langzaam door de vaart voortgleed, zag Cramer op de Haarlemmerweg veel snorwagens, die voor weinige stuivers den passagier in de gelegenheid stellen naar Haarlem te rijdenHij vindt ze echter niet ongevaarlijk, ze kantelen immers nogal gemakkelijk. Maar de schipper zegt dat ze zware concur renten zijn. In Halfweg ziet Anton dat het Haarlemmer meer nog steeds een watervlakte is, ondanks alle gepraat over droogmaken. Hij mijmert dat het soms lijkt alsof er steeds meer water komt: zou de mens in de toekomst naar de plaats van bestemming moeten zwemmen? Dat kon wel eens moeilijk worden, want sinds de Batavieren zijn de Hollanders aardig afgetakeld! Lichamelijk, maar ook wat zeden en gewoonten betreft! In Haarlem zijn nog maar weinig winkels open. Het is immers nog geen kerktijd. Cramer heeft een zakje Haarlemmer Halletjes gekocht, de bekende koekjes rond van vorm, dun tegen het verhemelte en smeltend zoet in den voorhof der keel. Of toch niet? Want: die hen geproefd heeft, weet wat kiespijn is. Cramer wandelt vanuit Haarlem naar Zandvoort, langs de toen pas aangelegde straatweg, ongeveer een half 139

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1989 | | pagina 141