Een stukje levenstaak Vanaf de oprichting waren de aan de consultatiebureaus verbonden artsen kinderartsen of (niet-)practiserende algemene artsen. Zij werkten voor Zuigelingenzorg uit idealistische overwegingen en deden dat vaak geheel belangeloos. Soms werd een onkostenvergoeding ver leend voor bijvoorbeeld de aanschaf van witte dokters- jassen. Later ontving een deel van de artsen een salaris, maar veel was dit niet. Zo stond dr. E.S. Frank vanaf de opening in 1909 belangeloos aan het hoofd van het consultatiebureau, pas op 1 januari 1921 werd hij be noemd tot directeur en kreeg hij eindelijk een salaris. De vrouwelijke arts Julia van Gilse-van West werd toen onder-directeur en ook zij kreeg een salaris. Julia van Gilse-van West was vanaf 1913 naast bestuurs lid (tot 1934) ook als arts (tot 1940) verbonden aan Zuigelingenzorg. Zij was de eerste vrouwelijke arts op het consultatiebureau. Ook zij had zich uit idealisme bij Zuigelingenzorg aangesloten, zoals zij zelf schreef: omdat het werk van de vereeniging mij sympathiek was. Zij vond het vanzelfsprekend om jarenlang zonder enige vergoeding te werken. Zelfs toen zij vanaf mei 1924 met haar echtgenoot - prof.dr. P.H.G. van Gilse, specialist in keel-, neus- en oorheelkunde - en haar drie kinderen niet meer in Haarlem woonde liet zij Zuigelingenzorg niet in de steek. Enige keren per week reisde ze vanuit Amsterdam en later vanuit Leiden per trein naar Haar lem om spreekuren te houden en moedercursussen te geven. Mevr. Van Gilse was altijd vriendelijk, geduldig en zeer vakbekwaam, hetgeen haar bij de moeders ge liefd maakte. Uiteindelijk werd haar het heen en weer reizen in de winter van 1940 te bezwaarlijk. Met ingang van 1 december 1940 nam zij ontslag. Terugkijkend op bijna 28 jaar arbeid voor Zuigelingenzorg schreef zij in haar afscheidsbrief aan het bestuur: Het is een groot voorrecht als men, zooals ik nu, afscheid kan nemen van een stukje 'levenstaak'met overheerschend dankbaar- heidsgevoelens. Dat ik jarenlang heb mogen meewerken aan een zoo bij uitstek opbouwend sociaal-medisch werk als zuigelingenzorg voel ik als een héél bizonder voor recht. En de buitengewoon prettige geest van samenwer king tusschen zusters, dokters en moeders, zooals ik die al de jaren op onze Haarlemsche Consultatiebureaux heb mogen meemaken, moet mij wel tot groote dankbaarheid stemmen 9). 154

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1989 | | pagina 156