dam, door Wagenaar het hofje in de Schuyermakersgang genoemd. Als de bovengenoemde Lucas van Beeck in 1705 op vierenvijftig-jarige leeftijd is gestorven, blijft De Beek in Bloemendaal zeer geruime tijd het gemeenschappelijk eigendom van zijn zoon Lucas, die met Johanna Teyler gehuwd was, en van zijn dochter Maria, getrouwd met Michiel Blok. Maria verkoopt haar helft in de Beek eerst op 12 augustus 1737 aan haar broer voor 4000, Dat nam niet weg, dat Lucas voordien reeds optrad, als het zo te pas kwam, als ware hij enig eigenaar. Zo bijvoorbeeld in verband met het kerkepad van Overveen naar Bloemendaal, dat De Beek noord-zuid doorsneed. Een restant is terug te vinden in het Blekerspad te Bloemendaal en het nauwelijks meer herkenbare Bin nenpad te Overveen. Lucas van Beeck had bezwaar tegen dat pad. Het strekte hem tot groot nadeeldisplai- sier en ongemak. Niet geheel onbegrijpelijk, daar het dwars door Lucas' boomgaard liep en diefstal daaruit geen uitzondering was. Na overleg met de titulair-am- bachtsheer van Tetterode, Aelbertsberg en Vogelenzang en nadat ook Rijnland nog in de zaak was gemengd, mag Van Beeck in het voorjaar van 1730 het pad naar het westen tegen en langs de Bloemendaalseweg, maar op zijn grond, verleggen. Aan Haarlem moet daarvoor 5000,— worden betaald. Met Lucas' zoon Thomas treedt de laatste generatie Van Beeck aan, die het buiten in eigendom zou bezitten. Thomas erft de plaats in 1745. Drie jaar later trouwt hij met Louise Fran5oise van der Poorten (1719-1798), een huwelijk dat kinderloos bleef. Ze woonden op Heren gracht 237. Dit huis werd in de negentiende eeuw be woond door jhr.mr. C.J.A. den Tex, burgemeester van Amsterdam, grootvader van de gelijknamige vóór-vóór laatste burgemeester van Bloemendaal. In 1775 stierf Thomas van Beeck, vierenzestig jaar oud. Zijn echtgeno te was zijn universele erfgename. Doende, zoals ze ge wend was, bleef ze de zomers samen met haar zuster Debora Susanna die, naar men vertelde, wat haar uiter lijk betrof, door de natuur niet zeer bevoordeeld was, op de Beek doorbrengen. Beiden beschikten over haar vermogen ten gunste van de langstlevende. Debora stierf in 1785. Acht jaar later kocht mevrouw Van Beeck een zuidelijk naast De Beek en achter langs Buytentwist gelegen aangenaam en welgeleegen buytenverblijf voor 4400, Het was de geweezen lijwaadbleekerij van de korte tijd tevoren overleden Dirk Tijsterman, een

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1989 | | pagina 76