inziens niet met de opvattingen van mannen als Calvijn
en Kuyper, die nu zelf in beeldvorm werden uitgebeeld.
De bekende predikant ds. K. Schilder, eindredacteur
van 'De Reformatie' en later voorman van de Vrijma
king, relativeerde als enige dergelijke kritiek en vond
het op zich zelfs een aardige gedachte, en een leuke
overtreding, dat de liefde voor bepaalde personen zon
digde tegen de decreten en de leeropvattingen van enke
le der uitgebeelden 4°).
Hiernaast deed zich nog een andere moeilijkheid voor,
die meer met de bouw zelf had te maken. Aangezien de
bouw van de bekapping een hoger bedrag vergde dan
waarvoor deze was aangenomen, wilde aannemer Bruijn
een tegemoetkoming voor deze verliespost. Daarnaast
verlangde hij nog een behoorlijk bedrag voor de meer
kosten voor andere onderdelen van de kerk. Op verzoek
van beide partijen werden deze geschillen aan een arbi
tragecommissie voorgelegd, die de aannemer tenslotte
behoorlijk tegemoetkwam.
Volledigheidshalve zij hier nog vermeld, dat de ker-
keraad op 15 november 1927 besloot een marmeren
gedenkplaat met gouden letters in de Kloppersingelkerk
in te metselen. Dit als herinnering aan de eerste steenleg
ging door de emeritus-predikant R. Mulder, die op 12
december 1926 was overleden.
Naarmate de bouw vorderde vroeg de afwerking van
het interieur de aandacht. Zo ontving de Alkmaarse
orgelbouwer, de firma A. Pels, in november opdracht
voor 13.000,— een 28-stemmentellend orgel te
bouwen 4I). Op het laatst besloot de Commissie van
Beheer dat in het torentje van de kerk een uurwerk
moest komen. Toen het 'Comité tot aanschaf van een
uurwerk' niet bij machte bleek om hiervoor de benodig
de financiën bijeen te brengen, werd een deel van haar
taak door een Buurtcomité overgenomen. Dit vanwege
het feit dat de gehele buurt van een dergelijke klok zou
profiteren 42). Het ontbrekende geld werd naderhand
door middel van orgelconcerten bijeengebracht 43). Een
maand voor de ingebruikneming bood een speciale com
missie namens de gemeenteleden de kerkeraad een zil
veren Avondmaalstel aan 44).
Op zondagavond 3 juli 1927 ging ds. K.J. Cremer in de
Noorderkerk in de laatste dienst voor 45). In april 1928
werd dit kerkgebouw inclusief de inventaris en het bijge
bouw voor 18.000,— aan de Gereformeerde Gemeen
te verkocht, die het nog steeds als zodanig gebruikt. Met
het afstoten van deze kerk bezat de Gereformeerde Kerk