laatste tijd het tekenen had verhinderd. Meerkosten voor de overkapping van het gebouw stonden ook de uitvoering van zijn ontwerp in de weg, terwijl de Schoon heidscommissie dit ontwerp eveneens niet wenste goed te keuren. Inmiddels was de kerkeraad in mei 1934 geattendeerd op de onlangs op 16 augustus 1933 gereedgekomen ge reformeerde kerk te Ysselmuiden van architect B.T. Boeyinga. In een bijgevoegde aanbevelingsbrief schreef aannemer H. Wensink over hem onder andere: Ik zal zooveel ik kan hem aanbevelen, want tot de kleinste hoekjes benut hij en eerlijk en oprecht is hij. Over hem alle lof. Hoewel Boeyinga sinds 1930 lid van de Gerefor meerde Kerken in Hersteld Verband was, vormde dit geen belemmering om hem de bouwopdracht te ver strekken. Voor zijn Haarlemse ontwerp maakte hij ge bruik van reeds voor Almelo en Wageningen gemaakte studies, waar hij voor een vrijwel gelijk aantal personen zaalkerken had ontworpen. Doordat hij daar over een groter bouwkapitaal beschikte, werden die kerken luxer uitgevoerd met als opmerkelijk verschil aan weerszijden enkele ondiepe zijbeuken met daarin grote zijramen. Het grondplan kwam merendeels overeen met de latere kerken, die hij vrijwel gelijktijdig jaren nadien in Haar lem zou bouwen 74). Hoewel hij graag had gezien, dat er andere bouwgrond was gezocht, wist hij een bevredigend ontwerp in te dienen. Op 6 juni ontving de kerkeraad een ontwerp-plan, dat werd aangenomen, zodat hem op 19 juni de opdracht werd gegeven. Moeilijkheden met de Haarlemse Schoonheidscommissie bleven ditmaal uit, wellicht doordat Boeyinga hiervan zelf sinds april lid was 75). De aanbesteding volgde op 20 augustus, met als resultaat dat het werk voor 18.760,— aan de gebroe ders G. en W. Draisma te Piaam (Fr.) werd gegund ?6). Op verzoek van de kerkeraad had Boeyinga in zijn ontwerp rekening gehouden met de mogelijkheid om later nog een gaanderij van ongeveer 160 zitplaatsen in te bouwen. Hiertoe moest in 1937 al worden besloten. Boeyinga leverde hiervoor de tekeningen, terwijl aanne mer G.J. Veldwijk het werk uitvoerde. De financiering van dat werk werd opnieuw door dezelfde persoon als tevoren mogelijk gemaakt 77). Doordat het jeugdwerk zo'n vlucht in deze wijk nam, kreeg de eerder genoemde architect Dondorp in 1964 opdracht om op het naast de kerk nog steeds braak liggende terrein een wijkgebouw te bouwen. Omdat hij een goede overgang van de woon huizen naar de kerk wilde hebben, legde hij dit ontwerp aan Boeyinga voor, die het goedkeurde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1990 | | pagina 142