Nieuwe Gragt, die ten noorden belent ten zuijden Pieter Du Pre, of no 3 met welk perceel en no 4 dit huijs gemeen is hebbende een pompwatersput, die leggende is op 't erf no 3 alsmede een heul of waterloop met Gerrit Versluijs of no 1, 3, 4, 5 en 6 mitsgaders Pieternelletje Arents die ten suijden van no 6 belent is, achterstreckende aen Gerrit Versluijs, al vrij ende voorts als voren; verkoopprijs: 2550 car(olus) g(ulden). Geertruijt Struijk overlijdt in 1718 en laat het huis na aan de broers Jan en Matthijs Luijtink, waarbij het eigendomsrecht bij de eerstgenoemde terechtkomt. Deze draagt het op zijn beurt in 1758 over aan Gerrit Kraijvanger tegen een lijfrente van 4 gulden en 5 stuivers per week; het huis wordt getaxeerd op 1100 car. gulden. Blijkens de beschrijving bevindt zich in het pand een broodbakkerij. Drie jaar later wordt het pand met inbe grip van de bakkerij tegen de genoemde taxatieprijs verkocht aan Rynier Ram, die het bijna drie maanden later op basis van een jaarlijkse lijfrente van 200 gulden overdraagt aan Jan Elout. In 1788 verkoopt de laatst genoemde de broodbakkerij aan Pieter van Klaveren tegen een prijs van 3000 gulden. Ditzelfde bedrag geldt ook bij de verkoop aan Andries Vervooren in 1810. Blijkens het inkwartieringsregister 1810-1814 is vanaf ca. 1812 Bernardus Groeneveld als opvolger van Andries Vervooren hier woonachtig; zijn weduwe draagt het pand in 1846 over aan J. Huijberts, die als beroep koek- en banketbakker opgeeft. Onder deze naam blijft hier tot 1917 een koek- en ban ketbakkerij gevestigd, waarbij in de jaren 1907 tot 1913 tevens de naam J. van Eden en van 1913 tot 1917 de naam F. Zaal wordt vermeld. In de twintiger jaren is er sprake van een pianohandel onder de naam H.P. Heemskerk, terwijl vanaf 1929 G. Verhoef hier een fotohandel houdt tot het begin van de jaren '70. kleine houtstraat 74: bijzonder ingewikkeld was de constructie, die moest worden gemaakt om dit mo nument hersteld te krijgen. Allereerst het pand, dat in de redengevende omschrijving van de Rijksmonumen tenlijst omschreven wordt als pand met trapgeveltje, ge pleisterd, aanvang 17e eeuw; hierbij kan aangetekend worden dat het vooral in de vorige eeuw nogal wat aanpassingen heeft ondergaan en dat het beschikt over een kelder. De aanpassingen uit de negentiende eeuw houden verband met de aanwezigheid van T-ramen en een blok-pleistering.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1990 | | pagina 194