van de Haarlemse Orde van Advocaten. Die functie
heeft hij niet alleen met deskundigheid maar ook met
zwier vervuld. Hij stelde zich, conform zijn liberale be
ginselen - iedereen mag alles tegen mij zeggen - open
voor ieder die klachten of problemen had, en door de
aandacht die hij placht te geven (en enige wijsheid) wist
hij conflicten op te lossen, daarbij overigens iedereen in
zijn waarde latend.
Dezelfde kwaliteiten maakten hem ook tot een goed
arbiter. Jarenlang, waarvan meer dan twintig jaar als
voorzitter, was hij verbonden aan het Scheidsgerecht
voor de Bloembollenhandel dat des maandags tijdens
de bloembollenbeurs zitting placht te houden in het
Krelagehuis en dat helaas uit Haarlem is moeten vertrek
ken bij gebrek aan passende accommodatie. Daarbij had
ook het verbeteren en aanpassen van het Handelsregle
ment dat voor de rechtspraak van het Scheidsgerecht de
basis vormt, zijn belangstelling. Juridische kwesties en
regels zo uiteenzetten dat zij ook voor niet-juristen be
grijpelijk en aanvaardbaar zijn, was een van zijn hobbies.
Zo placht hij de laatste jaren ook een rubriek te schrijven
in het weekblad Bloembollencultuur om de recente uit
spraken van het Scheidsgerecht voor de gewone bloem
bollenkweker of -exporteur inzichtelijk te maken.
De advocatuur is hij tot zijn dood blijven beoefenen al
heeft hij zijn activiteiten de laatste jaren sterk beperkt.
Het uiteenrafelen van juridische problemen om voor een
cliënt het gewenste resultaat te bereiken, is hem tot het
einde blijven boeien.
Johanna Hendrika
Springer
15 oktober 1892-
29 oktober 1990
In het huis waar zij 98 jaar tevoren geboren was, Alexan-
derstraat 16, Haarlem, overleed op 29 oktober 1990
Johanna Hendrika Springer. Haar vader was de toenter
tijd zeer bekende tuinarchitect Leonard A. Springer.
De kunstschilder Cornelis Springer (1817—1891) was
haar grootvader. Johanna Springer heeft zich tot in haar
laatste levensjaar nauw betrokken gevoeld bij Haarlem.
Omdat haar vader belast was geweest met het toezicht
en onderhoud van de Haarlemmerhout en ook architec
tonisch daar zijn sporen had nagelaten, was het niet
verwonderlijk, dat de dreigende ondergang van het
Haarlemse stadsbos haar zeer ter harte ging. Met haar
zus, die in 1988 gestorven is, vormde zij een strijdbaar
duo. Johanna schroomde niet zich al dan niet schriftelijk
226
PAUL HEIDINGA