m_ delijke bestuurders zou helpen handhaven. Gecommitteerde
,an Raden, het dagelijks bestuur van de Staten, hadden in Heusden
iris en Oudewater regelingen getroffen, die door de plaatselijke
rie bevolking direct ongedaan gemaakt waren. De onder hun toe-
lan zicht gekozen burgemeesters waren afgezet, de predikant Pop-
,se pius was van de kansel gejaagd. Zulke zaken mochten niet
Ire meer voorkomen. Dat gold ook voor het eigengereide optreden
Jre van de stadhouder (in Den Briel en Nijmegen, waar hij net de
wet had verzet), de hoven van justitie en een meerderheid van
lje de Staten-Generaal (die tegen de wens van de Hollandse afge-
rie vaardigden besloten had tot het uitschrijven van een nationale
;n synode). Eerst na bevredigende toezeggingen zouden de acht
jn steden weer bereid zijn hun aandeel in de financiën van het
ek gewest op te brengen.
t]j. Johan de Haen was ook betrokken bij de andere belangrijke
,n gebeurtenissen van 1618. Hij werkte in mei mee aan de opstel
jet ling van een volmacht, op grond waarvan de gedeputeerden
rij. van de remonstrantse steden ter Statenvergadering voortaan
ig_ zonder voorafgaand overleg met hun stad besluiten konden
de nemen. Toen kort voor Maurits' optreden in Utrecht gedepu-
iSt teerden van dit gewest naar Den Haag kwamen voor overleg
met Oldenbarnevelt, was hij er eveneens bij. Deze prominente
;r_ rol zal De Haen niet altijd gemakkelijk gevallen zijn. Haent-
)r„ gen, Haentgen, treiterde Reynier Pauw tijdens een vergadering
n_ in mei 1618. Wij zullen wel maken, dat wy van de pensionaris-
Kj sen niet gebraveert zullen worden, vulde Hugo Muys van Holy
iet aan26).
ïn In Haarlem zal op z'n hoogst een minderheid van de vroed-
e_ schap de woorden van Muys van Holy hebben willen beamen.
:te Het optreden van Johan de Haen had namelijk zonder meer de
e_ instemming van de Haarlemse bestuurders. Over alle omstre-
in den kwesties van de bestandsjaren werd de vroedschap inge-
je licht en de besluitvorming vond steeds met meerderheid van
k stemmen plaats 27). De contraremonstrantse auteur van Den
Jn Haerlemschen Harminiaen heeft het dan ook niet bij het rechte
ij. eind met zijn bewering dat in Haarlem de vroedschap buiten
;r_ spel gezet werd2S). Wat bij lezing van de vroedschapsresolu-
;n ties wel opvalt, is dat burgemeesters, oud-burgemeesters en de
ik pensionaris veel speelruimte kregen. De Haarlemse vroed
schap was bijvoorbeeld in 1618 al weer snel bereid om tot ver-
,e pachting van de stedelijke belastingen over te gaan. Haar afge-
-n vaardigden in Den Haag bleven echter nog tot mei vasthouden
;n aan de verklaring van Haarlem. Dit moet de vrome en 'goede'
jlt vroedschappen gestoken hebben, wier woordvoerder de auteur
ig van Den Haerlemschen Harminiaen kennelijk was. Zij waren
er waarschijnlijk ook de oorzaak van dat de besluitvorming in
Haarlem niet eenstemmig plaatsvond.
77