Op het Stationsplein te Haarlem
staat naast een elektrische
motorwagen van de ringlijn een
paardetram van de Haarlemsche
Tramway-Maatschappij aan
zijn eindpunt; 1901.
De openingsdata van de Ceintuurlijn en Zandvoortse lijn ont
lopen elkaar niet veel. Weliswaar was de openingsdatum
door de bovengenoemde stormramp vertraagd; toch was het
de vraag of de opening wel eerder had kunnen plaats vinden.
Bij het begin van de exploitatie op 3 juli 1899 beschikte men
nog maar over drie van de acht bestelde grote motorwagens
en het zou nog tot 18 augustus duren voordat ze alle acht be
schikbaar waren. Aan de datum van 3 juli was de feestelijke
opening van de Zandvoortse lijn op 1 juli voorafgegaan, een
gebeurtenis van jewelste want eigenlijk ging het om iets to
taal nieuws op tramgebied. Reden om daar even verder bij stil
te staan.
Om half elf kwamen de talloze genodigden waaronder een
aantal hoogwaardigheidsbekleders in het Haarlemse Bronge
bouw bijeen. Na een toespraak door de heer A. van Rossum,
president van het college van commissarissen van de enet,
begaf men zich via een erepoort naar het Herenhek, waar een
versierde tramwagen gereed stond. Eerst voerde de rit langs
straten, waar vele bewoners de vlag hadden uitgestoken naar
het zenuwcentrum van de enet aan de Leidsevaart. Nadat
men daar kennis had genomen van de technische aspecten
vertrok men verder naar Zandvoort waar men zich tenslotte in
een lunch in Hotel d'Orange verenigde. Men vraagt zich af of
de genodigden zoveel oog voor tram en techniek hadden dat
hun het verschil tussen de enet en een voor het hotel aan het
eindpunt staande paardetram van de Tramweg-Maatschappij
Zandvoort duidelijk opviel en dus de nieuwe fase in het open
baar vervoer, die toen ging aanbreken, genoeg tot hen door
drong. Een en ander is wellicht aanleiding om hier nog wat
technische bijzonderheden te geven, zoals men die aan de
Stationsplein:
IOI
