Detail van de Slachthuisbuurt.
(Gemeentearchief Haarlem
topografisch-historische atlas)
Alhoewel naar de rol van de Sociaal Democratische Arbei
derspartij (sdapbij de oplossing van de woningnood en krot
opruiming in Haarlem nog uitvoerig onderzoek moet worden
gedaan, zijn wel enkele voorlopige conclusies te trekken. De
sdap werd in Haarlem, vergeleken met andere grote steden in
het westen van het land, pas vrij laat een politieke partij van
enig gewicht en formaat in de gemeenteraad. Weliswaar had
Troelstra, die toen in Haarlem woonde, zich in 1903 verkies
baar gesteld, maar hij haalde de limiet om gekozen te worden
niet. Het duurde tot 1912 voordat er een sociaal-democraat,
A. Nagtzaam, in de Haarlemse gemeenteraad kwam. Nagt-
zaam zou zich naast het onderwijs vooral inzetten voor een
betere huisvesting van de arbeiders. Hij diende samen met
zijn fractiegenoot M.A. Reinalda herhaaldelijk voorstellen in
zake het oplossen van het woningvraagstuk in 62). In 1916
diende de afdeling Haarlem van de sdap een verzoekschrift
bij de gemeenteraad in om ten spoedigst en te willen overgaan
tot het bouwen van goedkope arbeiderswoningen van ge
meentewege 63). Een jaar later begonnen de sociaal-democra
ten met voorstellen om 200 woningen per jaar te bouwen. En
weer twee jaar later, in september 1919, diende Nagtzaam in
de gemeenteraad een motie in om 800 arbeiderswoningen te
bouwen en tegelijkertijd krottenbuurten te onteigenen 64). In
drieërlei opzicht schoot de particuliere voorziening in de
bouwsector te kort: wat betreft het aantal, de deugdelijkheid
en de huurprijzen. De sdap wenste dan ook op zo kort moge
lijk termijn de bouw van woningen van gemeentewege om zo
snel mogelijk ruime en goede woningen te verkrijgen.
In 1919 werd Nagtzaam een wethoudersportefeuille aangebo-
174