Op 24 november hield prof. dr. E.K. Grootes een lezing over
'Haarlemse rederijkers in de nadagen van de bloeitijd'.
Grootes gaf daarin een schets van de betekenis en plaats van
rederijkers in het stedelijk leven en van hun neergang waar
van na 1620 sprake lijkt.
De lezingencyclus werd op 21 december afgesloten door drs.
C. van Steijnen met 'Dickens in Haarlem', een speurtocht
naar antwoorden op vele intrigerende vragen over Dickens in
relatie tot Haarlem en Haarlemmers als Beets, Busken Huet,
Van Deyssel en Bomans.
Monumentenzorg Een van de belangrijkste doelstellingen van de Vereniging
Haerlem is de zorg voor en het behoud van Haarlems cultu
reel erfgoed in het algemeen en Haarlemse monumenten in
het bijzonder. Op dit punt is voortdurende alertheid geboden.
Over het verslagjaar is in dit opzicht zeker het een en ander te
melden.
Ten aanzien van het Grote Huis op Els wout heeft het bestuur
als standpunt ingenomen: elk streven en elke bestemming die
aansluit bij de cultuurhistorische betekenis van het Grote
Huis en die dit pand en omgeving respectvol wil bewaren,
heeft in beginsel onze ruggesteun.
Met betrekking tot de molen De Adriaan heeft het bestuur
aan wethouder Gudde van stadsvernieuwing laten weten dat
wij voor herbouw zijn en dat wij initiatieven in die richting
graag ondersteunen.
Het bestuur heeft zich voorts uitgesproken voor behoud van
de monumentale H. Hartkerk aan het Kleverpark van archi
tect P.J. Bekker, leerling van de befaamde bouwmeester
P.J.H. Cuypers.
Tot bij de Raad van State hebben wij gepleit voor bescher
ming als monument van de villa Eikenrode te Heemstede,
topwerk van architect prof. J.A.G. van der Steur. Zoals be
kend is deze villa, hangende de beschermingsprocedure, op
27 oktober vernield en door brandstichting grotendeels ver
woest. Tezamen met de bond Heemschut en de Vereniging
Oud Heemstede/Bennebroek hebben wij tot de hoogste in
stanties aangedrongen op een diepgaand nader onderzoek.
Tevergeefs. Het rechtsgevoel van velen is door deze gang van
zaken ernstig geknakt.
Bezwaren zijn geuit tegen een nieuwbouwplan op de open
plek aan het Spaarne naast de zeventiende-eeuwse panden die
bekend staan als De Olyphant. Het bestuur is niet tegen elke
nieuwbouw op deze plek, maar deze zal dan wel veel beter
moeten worden afgestemd op het aanwezige, onvervangbare
cultuurgoed.
218