sen en kelderruimten weergegeven en de beplanting met een
overvloed van treurbomen om het stemmingsbeeld meer vol
maakt te doen zijn, alles in kleur. Dit kaartje, in mijn herinne
ring 20 x 12 cm, is tot nu toe niet meer gevonden kunnen
worden. Reeds geruime tijd vóór de Tweede Wereldoorlog
heb ik aan de hand van dit kaartje en het beloop van de Bloe-
mendaalseweg met redelijke mate van zekerheid kunnen be
palen dat de begraafplaats had moeten worden aangelegd te
gen het duin aan de westzijde van die weg (nu percelen nrs.
190-188) tegenover "t Nagtegaaltje', toen een in tweeën be
woond huisje, waarin ook herberg werd gehouden. In 1873
kwam in de plaats daarvan de buitenplaats 'De Nachtegaal'.
Later zou deze geruime tijd de zetel zijn van het Bloemen-
daalse gemeentebestuur. Afbraak volgde in 1988, nadat het
huis als lokatie had dienst gedaan van de speelfilm 'Jan Rap
en zijn maat', naar het gelijknamige boek van Yvonne Keuls.
Daarna verrees er het huidige flatgebouw.
De boven geschetste gang van zaken betekende, dat Over-
veen in het bijzonder en Bloemendaal in het algemeen voor
lopig verstoken waren van een bij het aanbreken van de mo
derne tijd passende algemene begraafplaats. Men bleef zich
behelpen met de zeer beperkte ruimte direct achter het oude
raadhuis. Alleen al de nauwe mulle opgang van de Bloemen-
daalseweg af tussen het lijken- en brandspuithuisje door om
hoog vergde van de dragers in hun dikke zwarte pakken,
voorafgegaan door de aanspreker, vaak een forse inspanning.
Het gezegde 'zweten als een aanspreker' werd hier in de
praktijk gebracht.
Toch zou het nog tot 1917 duren aleer de algemene begraaf
plaats aan de Bergweg te Bloemendaal, door Leonard A.
Springer aangelegd, in gebruik kon worden genomen. Dit
was het gevolg van een daartoe bestemde schenking van
grond door Johanna Jacoba Borski, weduwe van David van
der Vliet. Zij was de laatste van haar geslacht en een klein
dochter van de man wiens kerkhofplan in de Franse tijd niet
werd verwerkelijkt. Een stenen bank met een daarin gegra
veerd opschrift herinnert aan die schenking. Na de Tweede
Wereldoorlog zouden haar erfgerechtigden een duingebied
langs de Zeeweg te Overveen ter beschikking stellen om daar
slachtoffers te begraven van de Duitse bezetting van ons land,
de Erebegraafplaats.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd het kerkhof te Over
veen gesloten. Een aantal families wenste zijn doden naar
Bloemendaal te doen overbrengen. Met de opgravingen en
andere voorbereidende werkzaamheden werd in 1918 een be
gin gemaakt. Vaak jaren tevoren waren de overledenen in de