Ik leen mijn naam aan puiksigaren,
Aan koek en worst, punch en banket,
Een Costerspet op krulde haren;
Om 't andre huis prijkt mijn portret.
(Uit: 'Aanstalten')
Op deze dag werd de typografische tentoonstelling geo
pend. Daar was een schat aan bezienswaardigheden bije-
engbracht, maar deze werden begeleid door een onberede
neerde catalogus. Verder was het een hatelijk gezicht daar
Duitse snelpersen in werking te zien op het feest van Ne
derlands zegepraal. De tentoongestelde snelpers braakte
overigens een Duits versje uit waarin Haarlems aanspraken
op de uitvinding van de boekdrukkunst ondersteund wer
den. Maar dat mocht kennelijk niet iedereen vermurwen.
Een niet nader geïdentificeerde inzender van tweeëndertig
belangrijke, maar niet tentoongestelde voorwerpen gaf
lucht aan zijn verontwaardiging. Omdat het tijdens de fees
ten donker en regenachtig weer was, bleek het voor de be
zoekers niet goed mogelijk het tentoongestelde in al zijn
heerlijkheid in zich op te nemen. Was er geen beter lokaal
te vinden in Haarlem dan de stadsschool aan de Oude
Gracht? Op de bovenzaal ontbrak het niet aan licht, om te
zien op welke wijze het licht voor de menschheid van
looden letteren uitgaat Maar de zaal op de begane
grond was somber en allersomberst, en weinig geschikt om
vee! te genieten, daar men gedwongen was zelf tot lichton-
derschepper te dienen bij het voorwerp, dat men wenschte
in oogenschouw te nemen. Het ware prachtig geweest als
de tentoonstelling verlicht door gas en 's avonds te bezich
tigen was geweest. [Wij] kunnen begrijpen, dat er geen
schooljongen zoo hard juicht als de Haarlemsche, wanneer
de klok hem toeroept, dat hij met het leven en de lucht ook
licht mag gaan genieten. Overigens vraagt De Tijdspiegel
zich af waarom de regering niet bij deze gelegenheid over
gegaan is tot het uitreiken van onderscheidingen aan ver
dienstelijke boekhandelaren als A.C. Kruseman.
Coster zong volgens Van Zeggelen over de tentoonstelling:
Benauwd en opgetast
Hangt de een hier d'ander op het lijf,
Leunt men onbeweeglijk stijf,
Op die glazen kast.
Het licht is niet heel pluis,
En als je op t Costeriaansch gebied