van de tenten bevond. De verlichting vond plaats door mid
del van onsierlijke vetlampions, de tenten waren laag en de
wandelpaden smal. De feestelijke verlichting van allerlei
objecten, inclusief het onthulde beeld, had nogal te lijden
van de felle wind.
Aan het eind van deze belangrijkste van de drie feestdagen
waren er uitgehongerde typografen, boze boekhandelaren
omdat ze achteraf gezet waren en ontevreden leden van de
sub-commissies voor het beeld die genegeerd waren. Maar
hoe verging het de doorsnee feestvierder die buiten groeps
verband naar Haarlem kwam? Eén van hen, Herman He-
ijermans Sr., journalist bij de nrc, noteerde later zijn herin
neringen aan deze dag. 1,1 Helemaal betrouwbaar zijn die
niet (zo herinnert hij zich mooi zomerweer), maar ze geven
toch een aardig beeld.
Alle zetters, drukkers en redacteuren van de krant kregen
een vrije dag. De werklieden, die in groepsverband aan de
optocht deelnamen, kregen zelfs vrije reis- en verblijfkos
ten:
Nooit is Lourens Coster zo populair geweest als toen -, ook
bij mij, want ik ging er wel heen op eigen kosten, maar had
niet voor verslag te zorgen! Hoe het daarmede is gegaan
weet ik me niet te herinneren. Waarschijnlijk is voor alle
couranten een uniform verslagje door den een of ander op
gemaakt. Alles in het land wat tot het vak behoorde trok
naar Haarlem. Bij die massa lieden sloten zich vele duizen
den belangstellenden en nieuwsgierigen aan, van heinde en
verre gekomen. Het was mooi zomerweder. Vas Dias (de
oude, de toenmalige hoofdverslaggever van het Haagse
Correspondentiebureauen enige andere journalisten,
waarbij ik mij aansloot, wij ontbeten vluchtig omstreeks
negen uur in een koffiehuis tegenover het station en beslo
ten er nu eens een vrolijk dagje van te nemen; maar de
mens wikt en de omstandigheden beschikken. Van den op
tocht en de onthullingsplechtigheden zal ik maar niets ver
tellen. Vermelden doe ik slechts dat wij daarna uitgingen,
wandelende, kennissen ontmoetende en praatjes makende,
hier en daar "aanleggende" en met vrienden en bekenden
drinkende en klinkende. Wat kwam het er op aan? Wij wa
ren uit! Te werken hadden wij niet en een fijn diner zou ons
restaureren. In opgewekte stemming keerden wij van den
Hout naar de stad terug om te dineren; doch nergens was
meer iets te krijgen! Heel Haarlem was leeg gegeten. Tot
zelfs banket-, koek- en broodbakkers waren uitverkocht en
voor geen millioen was een Haarlemse schar te krijgen. Al
coholische en andere dranken bleven in overvloed voor-
117