Het ontwerp
De discussie komt op gang
Ook op 7 mei 1914 verscheen in de Oprechte Haarlemsche
Courant een eerste beschrijving van de nieuwe schouw
burg. Het ontwerp week in essentie niet af van de latere
bouw. De voorgevel bezat reeds de karakteristieke vierkan
te hoektorens met de koepels erboven. Het gevelvlak ertus
sen was licht gebogen en had brede pilasters met hoge ven
sters en balkons ertussen. Het gebouw stond op een
hardstenen onderbouw. In de gevels was baksteen en terra
cotta verwerkt. Van de stijl werd toen opgemerkt dat het
niet onder een bepaalde benaming kon worden gerang
schikt: het geheel lijkt meer op een mausoleum dan op een
schouwburg. Het eerste voorstel toonde een gebouw met
een lengte van 50 meter en een breedte van 31 meter. De
inwendige afmeting van de toneelruimte bedroeg 22 meter
tot aan het dak en de beide torens aan de voorzijde hadden
een hoogte van 20'/, meter. Over de inrichting en indeling
was men positief. De tentoongestelde tekeningen boden
een kleurrijk en weelderig gezicht op de te maken toneel
zaal. De inrichting en indeling van de zaal werd niet als bij
zonder ervaren. De kranten spraken dan ook van den gewo
nen schouwburgstijl. Over de ruime opzet van de foyer was
men lovend en de technische voorzieningen bleken de
jongste ontwikkelingen op dat gebied te volgen.
Echt negatieve geluiden waren te horen bij de Stads-Editie.
Het ontwerp van Van der Steur werd afgedaan als zijnde
van een burgelijke plompheid met quasi allure, zonder
rhytmiek of vormenspraak, zonder ruimtebegrip. Men ging
zelfs zo ver te suggereren dat het ontwerp niet afkomstig
was van Van der Steur, maar in opdracht van hem door der
den, ondeskundige tekenaars, was vervaardigd. Vernieti
gend was deze krant over het ontwerp van zowel exterieur
als interieur.
Naar aanleiding van de berichten rond 7 mei 1914 kan wor
den geconstateerd dat de anonieme schenker beslagen ten
ijs kwam. Al in een vroeg stadium waren gesprekken ge
voerd tussen hem en burgemeester Sandberg. De plaats was
al bepaald en architect Van der Steur had zijn voorstellen in
een vergevorderd stadium beschikbaar. Voor alle overige
Haarlemmers kwam het voorstel als de bekende slag bij
heldere hemel.
Zoals al gezegd, had de anonieme schenker gesteld dat een
beslissing vóór 1 juli genomen moest worden. Tot dan gold
zijn aanbod. Hij gaf daarmee de Haarlemse gemeenteraad
nog geen twee maanden de gelegenheid een mening te vor
men. Bovendien wierp de burgerij zich in de strijd en had-