restauratiebegeleiders Flip Groen en Frans de Groot aange leverd. De monumenten in gemeente-eigendom waren in goede handen van Steef van der Veldt en Martin Busker. Voor het monumentale onderhoud hadden Robert Kluft en Richard Rodenburg de zorg. De historische gegevens lever de Wil den Heijer aan. De begeleidende afbeeldingen zijn afkomstig uit het fotoarchief dat Gert Jan van der Wouden op orde houdt. Lien van der Vis gaf adviezen voor de tekst verwerking. Natuurlijk zijn de foto s, tenzij anders ver meld, gemaakt door Jos Fielmich. Architectuur- en bouw historische informatie werd aangereikt door Bart Uittenhout, die tevens de inhoudelijke redactie van dit ver slag voerde. Monumentencommissie Eind I992 zÜn wijzigingen in de bouwregelgeving doorge voerd die invloed hebben op taak en werkwijze van monu mentencommissies en welstandscommissies in den lande. Centrale voorschriften hoe één en ander te regelen ontbre ken gelukkig zodat, geënt op de plaatselijke situatie, uit werking en afstemming van de taken konden plaatsvinden. Uit de aard der zaak bleef advisering over plaatsing op en afvoering van objecten van monumentenlijsten een taak voor de monumentencommissie. Bij de overige taakverde ling zijn die zaken die direct het monumentenbeleid raken (wijzigingen van monumenten, bouwaanvragen binnen het beschermde stadsgezicht die planologisch niet zonder meer gehonoreerd kunnen worden) onderdeel van de ad viesfunctie van de monumentencommissie. In de bemen sing van de Haarlemse schoonheids- en monumentencom missies is gekozen voor een personele unie in twee deskundigheden: een restauratiearchitect en een kunst-/ar- chitectuurhistoricus. Binnen de commissies bestond al behoefte met elkaar over diverse ontwikkelingen in het Haarlemse overleg te voeren. In april deed zich een uitgelezen aanleiding voor, het En- schedécomplex. De commissies waren - positief - onder de indruk van de stadsanalyse die prof. Busquets opgesteld had en zijn wijze van schetsmatig doordenken van de pro blematiek en oplossingen daarvoor. De commissies ver zochten enige wijzigingen aan te brengen en vroegen meer inzicht in de effecten op het stadsbeeld. Tegen het eind van het jaar werd het gevraagde inzicht verstrekt. Op enige punten was het commentaar negatief, wat toe te schrijven is aan de omvang van het programma en de aan het program ma verbonden eisen. In 1994 zal, na een uitspraak door de gemeenteraad, een plan in procedure gebracht worden waarover advies gegeven zal worden. 177

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1993 | | pagina 177