26. Met 'paartse' werd de lat aangeduid waar het laken over heen
getrokken werd om met de el nagemeten te worden op de
voorgeschreven lengte en breedte. Ook de ruimte waarin dit
gebeurde en anderszins controle op de lakens door de paarts-
meesters werd uitgeoefend, werd als paartse aangeduid. In
Leiden bevond de paartse zich achtereenvolgens in het wol
huis, het wanthuis en tenslotte op het stadhuis.
Aan te nemen is dat in Haarlem het aantal paartsmeesters
werd uitgebreid met als specifieke taak het beheer van de gel
den bestemd om armlastige drapeniers snel te kunnen betalen
en met de opdracht de export van de lakens te verzorgen.
Posthumus, Leidsche lakenindustriepp. 156-157; zie ook:
E. Verwijs-J.Verdam, Middelnederlandsch Woordenboek, dl
vi (Den Haag 1907) onder 'perche'.
27. gah, sa, kast 3/4-2, fol. 30V-31V, 96V-98V.
28. Zie het in noot 14 gestelde.
29. gah, sa, kast 19-108, fol.84r-88v: de stad betaalde 606
aan renten in verband met de eerder genoemde gedwongen
koop van losrenten door Haarlemmers.
30. gah, sa, kast 10ā1, fol. 37V, 43V, 45r; kast 3/4-2, fol. i8iv,
200v-202v; kast 19-102, fol. 34rv, 87V; kast 19-107, fol.
32r, 34v-36r. 38r-39r, 53r, 55r, 90V, I29v-I30r, 137G I42r;
kast 19-108, fol. 47V, 49V, 5ir, 84r-88v; kast 19-m, fol.
49rv; kast 19-122, fol. I23r-I24v. De volmolen zou in een
door Gregorio de Ayala te bouwen werkplaats komen achter
diens huis op de Oude Gracht. Over Gregorio aanstonds
meer.
31. gah, sa, kast 19-107, fol. 142V; kast 19-108, fol. 38V-39G
97r, ioirv.
32. Bijv. gah, sa, kast 19-112, fol. ioov; kast 19-126, fol. 43r,
47r; kast 19-141, fol. 82V.
33. gah, sa, kast 19-112, fol. 86rv, ioov.
34. Huizinga, Rechtsbronnen, pp. 285-295.
35. gah, sa, kast 3/4-3 (3e Vroedschapsboek, 1538-1563), fol.
i89v-i90r. Het citaat uit 1561: kast 19-141, fol. 82V.
36. gah, sa, kast 10-1, fol. 3or.
37. Zie het in noot 14 gestelde,
38. gah, sa, kast 3/4-2, fol. I76r-I78r; kast 10-1, fol. 3or-33v.
39. gah, sa, kast 3/4-2, fol. i58v-i6or.
40. gah, sa, kast 3/4-2, fol. I74r-i78r; kast 10-1, fol. 38r.
41. gah, sa, kast 3/4-2, fol. I92r-I94v; kast 10-1, fol. 39V.
42. gah, sa, kast 19-106, fol. 82rv.
43. gah, sa, kast 19-106, fol. 89rv.
44. gah, sa, kast 19-108, fol. 15V-17G 105V. In de rekeningen
wordt 2'/2 Karolus gulden afgewisseld met 2 Filippus gulden,
wat in beide gevallen neerkwam op 50 stuivers.
45. gah, sa, kast 19-108, fol. io6v.
46. gah, sa, kast 19-109, fol. 88rv.
47. gah, sa, kast 19-109, fol. 99V.
48. gah, sa, kast 19-110, fol. 1 o 1 vā 1021*.