1565, 3 delen (Tilburg 1985), pp. 489, 979, 991-993; W.S.
Unger, De tol van lersekeroord. Documenten en rekeningen,
1321-1572 (Den Haag 1939), pp. 133, 161.
64. gah, sa, kast 3/4-3, fol. 4v, iov; kast 19-117, fol. 5ör-57r;
kast 19-119, fol. 35V, 41V; kast 19-123, fol. 75V-76G
65. J.A.van Houtte, 'Nijverheid en landbouw', in: Algemene Ge
schiedenis der Nederlanden, deel iv (Utrecht-Antwerpen
1952) p. 204; L. Noordegraaf, 'Nijverheid in de Noordelijke
Nederlanden', in: (Nieuwe) Algemene Geschiedenis der Ne
derlanden, deel vi (Haarlem 1979) pp. 14-18; W. Jappe Al
berts en H.P.H. Jansen, Welvaart in Wording. Sociaal-econo
mische geschiedenis van Nederland van de vroegste tijden
tot het einde van de middeleeuwen ('s-Gravenhage 1977 2),
pp. 294-295; Posthumus, Leidsche lakenindustrie, pp. 238
ev.; A.J. Brand, 'Crisis, beleid en differentiatie in de laat
middeleeuwse Leidse lakennijverheid', in: J.K.S. Moes en
B.M.A. de Vries (eds.), Stof uit het Leidse verleden; zeven
eeuwen textielnijverheid z. pl. 1991pp. 53-65.
66. Brand, 'Crisis', p. 60.
67. Posthumus, Leidsche lakenindustrie, pp. 211-213; gah, sa,
kast 19-142, fol. 33rv.
68. Posthumus, Leidsche lakenindustrie,p. 251.
69. gah, sa. kast 19-130, fol. 54rv. In de vijftiende eeuw speelde
het Haarlems laken evenmin een rol bij de importen van uit
Holland afkomstig laken in de Baltische gebieden: M. Malo-
wist, 'L'expansion économique des Hollandais dans le bassin
de la Baltique aux xive et xve siècles', in: M. Malowist,
Croissance et regression en Europe, xive-xvite siècles (Parijs
1972), pp. 112, 115 en 128.
70. gah, sa, inventaris Enschedé, i nr. 136; kast 3/4-3, fol.
235v-236r, 274V-275V; kast 19-141, fol. 54r; kast 19-144,
fol. 27r-28r; kast 19-146, fol. 37V, 42rv. Met dank aan me
vrouw Y. Kneefel die dit onderwerp in haar verslag van het
doctorale werkcollege behandelde.
71. GAH, SA, kast 3/4-3, fol. 20V-2IT.
34