Rovenius ging echter niet zo ver om Bavo tot officiële
hoofdpatroon van het bisdom Haarlem te willen benoemen.
In zijn optiek was deze titel immers aan de patroon van de
kerkprovincie, St. Willibrord, voorbehouden.
In de door Graaf gepubliceerde kapittelverslagen van
1630-1632 kan stap voor stap worden gevolgd hoe de sa
menstelling van de Haarlemse heiligenkalender uiteinde
lijk haar beslag kreeg. Op de vergadering van 15 oktober
1630 6) werkten de kanunniken eerst het 'officie' voor St.
Bavo, de patroon van 'hun' Domkerk, nader uit. Men be
sloot zich daarbij zo veel mogelijk te richten naar de ge
bruiken van het kapittel van de Sint Baafs te Gent, waarmee
men een hartelijke verstandhouding onderhield. Van cru
ciaal belang blijkt de kapittel vergadering van 20 mei 1631
te Haarlem te zijn geweest welke door Rovenius in eigen
persoon werd bijgewoond.7) Als tweede punt van het mid-
dagdeel werden toen data en rang van feesten voor speci
fiek Haarlemse heiligen voor de toekomst definitief vastge
steld: 18 maart Wulfrannus, 9 mei Gangulphus, 21 juni
Engelmundus, 25 juni Adelbertus, 18 augustus Jeroen,
3 september Werenfridus, en de eerste zondag na St. Mi
chael (29 september) Bavo. Vier van deze heiligen ontbra
ken nog in het hierboven vermelde werk van Molanus 'Na-
tales Sanctorum Belgii..' namelijk Bavo, Gangulphus,
Werenfridus en Wulfrannus.
Met name beide laatste heiligen moeten bij clerus en gelo
vigen tot dan toe vrijwel onbekend zijn geweest terwijl het
tegendeel gold voor St. Jeroen en St. Adelbert. De door hei
dense Noormannen in 856 gedode Jeroen (al vermeld in de
rijmkroniek van Melis Stoke) was in het gewest Holland
vanouds een populaire heilige, die werd aangeroepen bij
'verloren zaken'. 8) De devotie tot hem groeide in de late
middeleeuwen nog sterk, toen zijn schedel in de kerk van
Noordwijk werd teruggevonden en als een kostbare reliek
aldaar tot aan de Reformatie kon worden vereerd. Het
lichaam van Jeroen heette echter tegelijkertijd al vóór het
jaar 1000 te zijn bijgezet (behalve dan kennelijk het hoofd)
in de dorpskerk van Egmond naast dat van St. Adelbert.
Ook deze in 740 gestorven Adelbertus, helper van St. Wil
librord en eerste 'aarts-diaken' van Noord-Holland namens
het bisdom Utrecht (als 'diaken' afgebeeld in dalmatiek),
werd al voor het jaar 1000 vereerd en aangeroepen bij oog
ziekten. De Grote of St. Bavokerk moet al vroeg plaats heb
ben geboden aan regionale devoties zoals tot Jeroen en
Adelbert. In het jaar 1436 wordt in elk geval aldaar de aan
wezigheid van een boek vermeld met de legende van Sinte
39