4200,-. Daarna fluctueerde de verkoopprijs sterk. Isaac Sickinga betaalde in 1728 3625,—, Nicolaes den Ottei in 1733 4700-, mr. Gijsbert AdriaenPatijn in 1755 2575- en Christina Cornelia Gerlings in 1764 3600,-. Nicolaes den Otter heeft waarschijnlijk het huis zijn acht- tiende-eeuwse aanzien gegeven. Hij liet de trapgevel wijzi gen in een klokgevel met behoud van het zeventiende- eeuwse metselwerk met gevelsteen ter hoogte van de verdieping. Ook het interieur onderging een ingrijpende ver andering. Een veilconditie uit 1755 omschrijft het huis als een groot, schoon, sterk en weldoortimmerd huijs en erve voorzien met een mooij voorhuijs een fraije zijdkamet met een dito grooter kamer daer agter met een porte brisé die beijde behangen zijn ten eijnde de gang een breed portael, waer in diverse fraaije kassen, groote luchtige plaets sect eet twee pompen etc. kookkeuken met fornuijsen etc. divetse andere beneden en boven vertrekken kleer- turf en andeie zolders een extra groote en een dito kleijnder kelder com pleet voor een wijnverkooper etc. doorgaens het geheele huijs met alle vereischte commoditeijten voorzien. Gijsbert Adriaen Patijn kocht het huis in 1755 in de fraaiste staat en voor het minste geld. Mr. Patijn hoorde tot de elite in de stad als raad en oud-schepen. Hij verkocht het bezit in 1764 aan Christina Cornelia Gerlings, weduwe van wijlen de weledel gestrenge heer mr. Jan Dutrij, die tijdens zijn leven, net als Patijn, schepen en raad was. Zij hertrouwde later met Johan Francois graaf van Hoogendorp, kapitein bij de koninklijke gendarmerie. Het huis bleef lange tijd in de familie totdat het in 1807 ver kocht werd aan Ferdinand Fobbe. De verkoopprijs was in middels gedaald tot duizend gulden, wat, gezien de ontwik kelingen in die tijd, niet verwonderlijk is. Waarmee Ferdinand Fobbe zijn geld verdiende is niet bekend, maar het was voldoende om naast het huis aan de Jansstraat nog meerdere bezittingen in de directe omgeving aan te kopen. Bij zijn overlijden in 1836 kwamen nog eens tien objecten in de aanbieding. Nieuwe eigenaar van het huis aan de Jans straat werd toen Hendrik van Ek. Hij was in 1810 te Haarlem geboren en oefende het beroep uit van schoolonderwijzer. Hij was getrouwd met Anna Catharina van Lith, die in 1814 te Bennebroek was geboren. Zij hadden zeven kinderen, Jacobus (geb. 1839), Jan (geb. 1841), Jacob (geb. 1845), Hendrik Anne (1848-1850), Maria Catharina (geb. 1840), Willem Antonie (geb. 1854) en Johan Hendrik (geb. 1856). Zij bewoonden het huis met een aantal dienstbodes. Met name de jongste zoons zijn van betekenis. Zij oefenden het 211

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1994 | | pagina 211