de Bakenesserkamer oftewel het Hofje van Bakenes voor
vrouwen acht en twemael zes. Dat anekdotische cijfergrapje
gebruikte hij als hoogtepunt. Ik zie hem daar nog staan, een
curieuze leermeester die zijn onderwijzers als in een reken
les uitlegde: Als je dat sommetje van 8+2x6 volgens
Bartjens uitrekent eerst vermenigvuldigen dan optellen
dan kom je op 20; doe je het fout eerst optellen), dan krijg je
60. Met twinkelende ogen in dat serieuze gezicht gaf hij na
dere uitleg van die cryptische getallen: het hofje was oor
spronkelijk bestemd voor 20 vrouwen van minimaal 60 jaar.
Uiteraard moest ik aan die causerie denken, toen het bericht
bij de krant binnenkwam, dat Joh.W.B. Beijk, oud 93 jaar,
was overleden: 13 januari 1994. Een man die zichzelf min of
meer had overleefd, voor de jongeren ter redactie vrijwel
onbekend. Hun heeft zelfs De Leeuwerik niets meer te zeg
gen. Een vooraanstaande, en beslist vooraangaande Haar
lemmer was niettemin uit het stadsbeeld verdwenen.
Gebogen onder de last der ouderdom heeft hij van St. Bavo,
die hij in zijn voornamen als derde mocht voeren, afscheid
moeten nemen. Hij was een Bavo-kenner bij uitstek, de
Oude Sint Bavo-kerk kende hij tot op iedere vierkante me
ter, de Nieuwe, de kathedraal aan de Leidsevaart, zelfs tot op
iedere vierkante centimeter. Bavo heeft in het leven van Joh.
Beijk vanaf zijn eerste tot de laatste ademtocht een nadruk
kelijke rol gespeeld. Beijk werd op 1 oktober 1900 (kerke
lijke feestdag van St. Bavo) in de Bavostad geboren, een dag
later werd hij in de twee jaar jonge kathedraal, waarvan nog
slechts het hoogkoor gereed was, gedoopt, hij heeft in en
rond de kerk zijn jeugd beleefd, groeide met de kathedraal
op, zag het grootse schip tot voltooiing komen evenals de
twee markante torens. Jarenlang was hij onderwijzer/docent
onder meer aan de Westergracht en tenslotte werd hij bij
testamentaire beschikking vanuit de Bavo-kathedraal ten
grave gedragen.
Zijn geboortestad heeft aan deze oprechte Haarlemmer veel
te danken, en niet alleen het onderwijs. Behalve aan enkele
lagere scholen heeft Joh. Beijk ook les gegeven aan de
Theresia-mulo en aan de middelbare scholen Pius x (Am
sterdam) en het Haarlemse Mendelcollege. Maar bovenal
heeft hij naam gemaakt met zijn trouw aan de kathedraal, die
hij in menig opzicht populair heeft gemaakt, in publikaties,
lezingen en rondleidingen. Hij zag de Nieuwe Bavo volwas
sen worden, uitgroeien tot een volwaardige kathedraal,
waaraan tal van kunstenaars hun talenten hebben gewijd.
Een monumentale bisschopskerk tenslotte, die bij het gou
den jubileum in 1948 door de paus tot basiliek werd verhe
ven.
239