rier, bekend om zijn arbeid voor de eenheid van alle christe
nen. Binnen die Haarlemse kring komen katholieke pries
ters, reformatorische predikanten en leken-gelovigen in de
jaren rond i960 regelmatig bijeen. Zij bezoeken elkanders
kerken, hetzij om te spreken over wat hen scheidt of bindt,
hetzij om eikaars diensten bij te wonen.
Pater Hutjens overlijdt in het eerste schooljaar, dat het Men-
delcollege oecumenisch gezien volgroeid is en een inter
confessionele school is geworden. Hij wordt tijdens de In
ternationale Bidweek 1994 te Heemskerk begraven.
Gedurende meer dan twintig jaar heeft Haarlem pater Hut
jens leren kennen als een dynamische man met originele ini
tiatieven, als een enthousiaste voortrekker bij vernieuwin
gen, maar vooral als de schoolleider die over het eigen
schoolhek, en als de Augustijn die over de eigen klooster
muur heen heeft willen kijken.
Moge Haarlem hem van harte een plekje geven in de anna
len van de stad.
E.J. Kalf jur.dra.
17 december 1901-
11 maart 1994
Op 11 maart 1994 overleed te Heemstede, na een kort ziek
bed, mevrouw E.J. Kalf jur. dra., deskundige antieke textiel.
Ze werd 92 jaar.
Liesbeth Kalf was een sterke vrouw, die het grootste deel
van haar lange leven wijdde aan antieke textiel, vooral
wandtapijten, die haar grote liefde hadden. Zij gaf er les in,
publiceerde erover, schreef kritieken en legde een omvang
rijk archief aan over alles, wat met textiel te maken heeft.
Zoals zij zei: Ik ben erfelijk belast, maar heb toch zèlfvoor
textiel gekozen. Haar vader, dr. Jan Kalf, was kunsthistori
cus. Hij maakte de eerste catalogus van textiel in het Rijks
museum. Haar moeder schilderde en borduurde. Na haar
eindexamen gymnasium ging Liesbeth Kalf rechten stude
ren in Leiden. Zij koos als bijvak Volkenrecht; ze hoopte op
een baan in Genève bij de toenmalige Volkerenbond.
Maar zij trouwde en hielp haar man, de psychiater dr. A.M.
Meerloo, in zijn praktijk. Na de oorlog, inmiddels geschei
den, begon ze in Zürich aan haar textielstudie. In Haarlem
haalde zij de akte ns (een middelbare nijverheidsakte). Zij
kreeg daar onder andere les van Jeanne Verwey en Boukje
Jelles. Na vijfjaar textiele werkvormen gedoceerd te hebben
aan de Academie van Beeldende Kunsten in Rotterdam, was
zij van 1955 tot i960 esthetisch leidster aan de Werkplaats
TH.J. KLETTER
OUD-RECTOR MENDELCOLLEGE
254